De beurzen in New York zijn woensdag met winsten gesloten. Beleggers reageerden onder andere op het rentebesluit van de Federal Reserve. De Amerikaanse centralebankenkoepel maakte bekend voor het eerst sinds 2018 de rente met een kwart procentpunt te verhogen om daarmee de hoge inflatie te beteugelen. Ook de oorlog in Oekraïne houdt de markten bezig.
Volgens Fed-baas Jerome Powell liggen verdere renteverhogingen dit jaar in het verschiet. Hij zei in een toelichting dat de centrale bank, waar nodig, het tempo van de rentestappen kan opvoeren. In de volgende vergaderingen dit jaar zal de rente keer op keer worden verhoogd.
Verder reageerden beleggers op de ontwikkelingen in Oekraïne. De Oekraïense president Volodimir Zelenski verklaarde eerder in een toespraak dat een vredesakkoord met Rusland “realistischer begon te klinken”. De Russische minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov zei op zijn beurt hoop op een compromis te zien in de onderhandelingen met Oekraïne.
De Dow-Jonesindex sloot met een winst van 1,6 procent op 34.063,10 punten. De brede S&P 500 dikte 2,2 procent aan tot 4357,86 punten en techgraadmeter Nasdaq steeg 3,8 procent tot 13.436,55 punten.
De Chinese techbedrijven met noteringen op Wall Street gingen flink omhoog na het sterke herstel in de sector tijdens de Aziatische beurshandel. De fondsen stonden eerder deze week fors onder druk door zorgen over strengere regelgeving in zowel China als de Verenigde Staten, waar enkele grote Chinese bedrijven hun beursnotering dreigden te verliezen. De Chinese webwinkelconcerns Alibaba en JD.com stegen 37 en 39 procent. De Chinese taxidienst Didi Global veerde haast 42 procent op.
Starbucks sloot ruim 5 procent hoger na een adviesverhoging. De koffieketen maakte ook bekend dat topman Kevin Johnson volgende maand met pensioen gaat. Oprichter Howard Schultz keert terug om de taken van Johnson tijdelijk over te nemen.
Tesla won bijna 5 procent. Volgens persbureau Bloomberg schort de fabrikant van elektrische auto’s de productie in zijn fabriek in Shanghai voor twee dagen op, omdat de Chinese autoriteiten daar extra restricties instellen om een grote corona-uitbraak in te dammen.
De euro was 1,1042 dollar waard, tegen 1,1009 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 1,6 procent minder op 94,94 dollar. Brentolie werd 2,1 procent minder waard op 97,79 dollar per vat.