Techbedrijven in de uitverkoop op New Yorkse aandelenbeurzen

Foto: ANP

De aandelenbeurzen in New York zijn met aanzienlijke verliezen geëindigd. Vooral techbedrijven, waaronder Tesla en Apple, gingen hard onderuit door de vrees die de nieuwste inflatiecijfers hebben veroorzaakt bij beleggers. De prijsstijgingen in april waren iets minder hevig dan in de voorgaande maand, maar op financiële markten werd rekening gehouden met een sterkere rem op de inflatie.

Als de inflatie lang hoog blijft kan de Federal Reserve besluiten de rentes sneller te verhogen, waardoor aandelen relatief minder aantrekkelijk worden ten opzichte van risicovollere beleggingen zoals aandelen. President Raphael Bostic van de lokale Fed-afdeling in Atlanta maakte al een toespeling op stevigere rentestappen.

Grote techbedrijven als Tesla, Apple, Amazon, Facebook-moeder Meta en Microsoft verloren tot 8,3 procent. Dit zijn relatief dure aandelen die worden gedumpt als obligaties dankzij hogere rentes weer meer rendement kunnen opleveren.

Techbeurs Nasdaq speelde 3,2 procent kwijt tot 11.364,23 punten. Bij snelgroeiende techbedrijven speelt ook mee dat zij vaak pas in de toekomst winst gaan maken, en die winst wordt minder waard als de inflatie en rentes hoog zijn. De Dow-Jonesindex verloor 1 procent tot 31.834,11 punten en de S&P 500 zakte 1,7 procent tot 11.364,23 punten.

Coinbase werd ruim een kwart minder waard. De grootste Amerikaanse beurs voor cryptomunten kampte met de koersdalingen van cryptomunten als bitcoin en dook in het eerste kwartaal in de rode cijfers. Ook de omzet viel tegen. Daarnaast zag het platform het aantal gebruikers teruglopen. De bitcoin daalde de voorbije 24 uur ruim 5 procent en dook onder de 30.000 dollar.

Moderna verloor 6,7 procent. De vaccinmaker kondigde het vertrek aan van zijn financiële topman Jorge Gomez vanwege een lopend intern onderzoek naar onder meer de boekhouding bij zijn voormalige werkgever Dentsply Sirona.

Wendy’s boekte minder omzet en winst dan verwacht door hogere kosten voor voedingsmiddelen en personeel. De fastfoodketen eindigde ruim 11 procent lager. Donutketen Krispy Kreme won daarentegen 3,8 procent dankzij goed ontvangen resultaten.

De euro was 1,0514 dollar waard, tegen 1,0554 dollar bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte 5,5 procent meer op 105,22 dollar. Brentolie werd 4,6 procent duurder op 107,15 dollar per vat.