ManUnited zet opmars op beurs voort door overnamespeculatie

Foto: ANP

Manchester United heeft zijn opmars op de beurs in New York vrijdag voortgezet. Beleggers zetten het aandeel van de beursgenoteerde voetbalclub bijna 13 procent hoger te midden van allerlei speculatie over mogelijke overnames. Verder was het op Wall Street, waar vanwege Black Friday maar een halve dag werd gehandeld, een rustige beurssessie.

Manchester United werd woensdag al ruim een kwart meer waard na de bevestiging dat de Amerikaanse eigenaren, de familie Glazer, kijken naar een mogelijke verkoop van de Engelse club van de Nederlandse trainer Erik ten Hag. Intussen doen de wildste verhalen de ronde. Zo was er donderdag zelfs een Britse krant die had vernomen dat Apple interesse zou hebben in het inlijven van Manchester United. Waar dat gerucht precies vandaan kwam, bleef evenwel onduidelijk.

Wall Street was donderdag dicht vanwege de viering van Thanksgiving. Aangezien veel handelaren een lang weekeinde hebben genomen lag het al in de lijn der verwachting dat het vrijdag rustig zou blijven op de Amerikaanse beurzen. De Dow-Jonesindex eindigde 0,5 procent hoger op 34.347,03 punten. De brede S&P 500 zakte een fractie tot 4026,12 punten en techgraadmeter Nasdaq verloor 0,5 procent tot 11.226,36 punten.

Apple leverde 2 procent in. Meer dan 20.000 werknemers van de Chinese iPhone-fabriek van Apple-leverancier Foxconn zijn naar verluidt vertrokken vanwege de aangekondigde lockdown in de stad Zhengzhou, waar de fabriek staat. Door de problemen bij de fabriek, waar deze week ook protesten uitbraken, nemen de zorgen toe over de beschikbaarheid van de producten van Apple in aanloop naar de feestdagen.

Amazon ging verder bijna 0,8 procent omlaag. Het webwinkelconcern kreeg tijdens koopjesfestijn Black Friday in zo’n veertig landen te maken met stakingen en protesten van duizenden werknemers. Onder andere in de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, India, Australië en Zuid-Afrika eist personeel hoger loon of betere arbeidsomstandigheden.

De euro was 1,0403 dollar waard, tegen 1,0398 dollar bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag. Een vat Amerikaanse olie kostte 2 procent minder op 76,34 dollar. Brentolie werd 1,9 procent goedkoper op 83,75 dollar per vat.