Het aantal mensen dat niet deelneemt aan de arbeidsmarkt was vorig jaar sinds 2003 niet meer zo laag. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat daarbij wel opmerkt dat de cijferreeks in dat jaar begon. Zo had in 2022 een kwart van de beroepsbevolking geen werk, in 2003 was dat ruim 30 procent. Vooral 45-plussers lijken meer te zijn gaan werken.
Onder de beroepsbevolking vallen volgens de definitie van het CBS mensen in de leeftijd van 15 tot 75 jaar. Van deze groep hadden 3,3 miljoen mensen in 2022 geen betaald werk of niet recent naar werk gezocht. Of zij waren niet op korte termijn beschikbaar voor een baan. Volgens het CBS bestaat deze groep grotendeels uit gepensioneerden en mensen die niet meer kunnen werken door ouderdom.
Maar het aandeel van de oudste leeftijdsgroep van de mensen buiten de arbeidsmarkt, die van 45- tot 75-jarigen, wordt volgens het CBS wel kleiner. Zo werken ouderen steeds vaker en blijven zij ook langer aan het werk. Van de vrouwen boven de 45 was in 2003 bijvoorbeeld 59 procent niet meer actief op de arbeidsmarkt, in 2022 was dat 43 procent. Voor mannen ging dat aandeel van 40 procent naar 32 procent.