Het aantal werkonderbrekingen is sinds 1972 niet zo hoog geweest, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In 2023 waren er 52 stakingen, waarbij ruim 17.000 werknemers betrokken waren. Dat is ongeveer duizend meer dan in 2022.
Dat is wel aanzienlijk minder dan in 2021 (28.000 werknemers) en 2020 (105.000 werknemers). De 26 stakingen in 2019 mobiliseerden zelfs 319.000 mensen, het grootste aantal dat het CBS heeft geregistreerd.
De industrie stond bij zowel het aantal stakingen als het aantal betrokkenen bovenaan, met 28 stakingen en 5000 betrokken werknemers. Ook in de handel waren er naar verhouding veel stakingen, met 4000 stakende werknemers.
Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft het CBS in 2023 ook bijgehouden met welke andere acties werknemers hun eisen kracht hebben bijgezet. Het gaat dan om georganiseerde acties die niet hebben geleid tot een verlies aan arbeidsuren. Net als de werkstakingen kwamen dergelijke acties het meest voor in de industrie. In totaal telde het CBS 51 alternatieve werknemersacties.
In de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), die eind 2023 werd uitgevoerd door het CBS en onderzoeksinstituut TNO, is aan werknemers gevraagd hoe tevreden ze zijn met hun cao en salaris. Hieruit blijkt dat 81 procent in 2023 tevreden was met hun cao, ten opzichte van 77 procent in 2022. Verder was 78 procent tevreden met het salaris. In 2022 was dat nog 74 procent.