ABN AMRO door overnamegerucht grote winnaar op Amsterdamse beurs

17 jun 2022, 18:15 Zakelijk
abn amro door overnamegerucht grote winnaar op amsterdamse beurs
ANP
ABN AMRO was vrijdag een van de grote winnaars op de beurs in Amsterdam. De beurswaarde van de bank, die grotendeels in handen is van de Nederlandse staat, nam een vlucht na het bericht dat de Franse bank BNP Paribas interesse zou hebben in een overname. In de loop van de middag zwakte het enthousiasme bij beleggers wel wat af, maar het aandeel ging niettemin met een flinke koerswinst het weekend in.
ABN AMRO werd uiteindelijk bijna 6 procent hoger gezet. Kort na het nieuws piekte de koers op dik 17 procent boven de slotstand van een dag eerder. Persbureau Bloomberg meldde op basis van ingewijden dat de grootste bank van Frankrijk onlangs toenadering heeft gezocht tot de Nederlandse overheid om te praten over een overnamedeal.
Maar de Nederlandse regering zou voorlopig niet van plan zijn de overnamevoorstellen serieus in overweging te nemen. Er zouden dan ook nog geen verdere, gedetailleerdere gesprekken hebben plaatsgevonden met BNP Paribas. Een analist van de firma Keefe Bruyette & Woods noemde de kans een op deal vrijdagmiddag "onwaarschijnlijk".
ABN AMRO was niet de enige sterke stijger op Beursplein 5. Maaltijdbezorger Just Eat Takeaway voerde de lijst met hoofdfondsen aan met een plus van ruim 7 procent. Zonder duidelijke reden won het aandeel in de laatste handelsuren flink. Daarentegen ging olie- en gasconcern Shell hard onderuit met een verlies van ruim 5 procent.
De olieprijzen, die nog niet zo lang geleden stevig toenamen, zakten eveneens flink. Een vat Amerikaanse olie kostte ruim 5 procent minder op 111,33 dollar. Brentolie werd dik 4 procent goedkoper op 114,81 dollar per vat.
Het algehele sentiment op de Europese beurzen was gemengd. De hoofdindex in Amsterdam leverde 0,4 procent in op 635,75 punten. De MidKap steeg geholpen door de koerswinst van ABN AMRO met 1,4 procent tot 920,11 punten. De beurzen in Parijs en Londen verloren tot 0,4 procent, terwijl de graadmeter in Frankfurt 0,7 procent hoger eindigde.
Op de aandelenmarkten in Europa werd met een schuin oog gekeken naar de Verenigde Staten, waar Federal Reserve-voorzitter Jerome Powell nog eens onderstreepte dat de Amerikaanse koepel van centrale banken de inflatie in 's werelds grootste economie echt wil terugbrengen naar 2 procent. Hij benadrukte dat de strijd om prijsstabiliteit "onvoorwaardelijk" is, een boodschap die door beleggers op Wall Street met weinig enthousiasme werd ontvangen.
De euro was na het slot van de Europese beurzen 1,0473 dollar waard. Een dag eerder was dit nog 1,0501 dollar.