De AEX-index op Beursplein 5 koerst dinsdag af op een licht hoger begin van de nieuwe handelsdag. Ook de andere Europese beurzen lijken met kleine winsten te openen. Beleggers wachten vooral op het Amerikaanse inflatiecijfer over juni dat woensdag op het programma staat.
De inflatie in de grootste economie ter wereld laat al enige tijd een afkoeling zien door lagere energieprijzen, maar zonder deze sterk schommelende brandstofprijzen blijft de zogeheten kerninflatie hardnekkig hoog. De Federal Reserve heeft dan ook al laten doorschemeren dat de rente later deze maand verder zal worden verhoogd om de prijsstijgingen tegen te gaan. In juni werd nog een korte rentepauze gehouden. Beleggers hopen wel dat het einde van de renteverhogingen nu in zicht komt.
In Nederland bevestigde het statistiekbureau CBS dat de inflatie in juni is afgenomen tot 5,7 procent, van 6,1 procent in mei. Het inflatiecijfer komt overeen met een eerder gemelde snelle raming. De afname van de inflatie komt vooral door de prijsontwikkelingen van motorbrandstoffen en voeding. Het CBS maakte in juni voor het eerst gebruik van een nieuwe methode om energieprijzen te meten in het inflatiecijfer.
De Aziatische aandelenmarkten wonnen dinsdag terrein. De Hang Seng-index noteerde tussentijds 1,4 procent in de plus. De vastgoedbedrijven zaten in de lift na een uitbreiding van de steunmaatregelen door Beijing om de noodlijdende vastgoedsector uit het slop te trekken. Ook de Chinese techbedrijven gingen verder omhoog door de hoop dat de overheid de strenge aanpak van de sector zal beëindigen. De Nikkei in Tokio eindigde een fractie hoger.
Op het Damrak staat ASML in de belangstelling. Na jaren van explosieve groei neemt de chipmachinemaker de komende tijd beduidend minder mensen aan, meldde het Eindhovens Dagblad. Van een volledige vacaturestop is volgens een woordvoerder van het bedrijf evenwel geen sprake. Het groeitempo gaat omlaag. Tot wanneer kon de woordvoerder nog niet aangeven.
De Europese beurzen sloten maandag licht hoger. De AEX won 0,3 procent tot 755,76 punten en de graadmeters in Frankfurt, Londen en Parijs klommen tot 0,5 procent. Op Wall Street eindigde de Dow-Jonesindex 0,6 procent hoger op 33.944,4 punten. De brede S&P 500 en techbeurs Nasdaq wonnen 0,2 procent.
De euro was 1,1016 dollar waard, tegen 1,0988 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,5 procent meer op 73,33 dollar. Brentolie werd 0,4 procent duurder op 77,99 dollar per vat.