Handelsspanningen drukken op beurzen

04 jun 2019, 9:17 Zakelijk
aex opent in het rood
ANP
De Amsterdamse aandelenbeurs stond dinsdag in het rood. Ook elders in Europa lieten de beursgraadmeters overwegend verliezen zien. Vooral de technologiebedrijven stonden onder druk na de forse koersverliezen onder Amerikaanse branchegenoten. Verder bleven de internationale handelsspanningen de gemoederen bezighouden.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde in de ochtendhandel 0,6 procent lager op 537,34 punten. De MidKap steeg 0,2 procent tot 732,45 punten. De beurzen in Londen, Frankfurt en Parijs verloren tot 0,5 procent.
Betaalbedrijf Adyen en chipmachinemaker ASML waren hekkensluiters bij de hoofdfondsen op het Damrak met verliezen van rond 2 procent. Vastgoedbedrijf Unibail-Rodamco-Westfield was de sterkste stijger met een winst van 2,2 procent.
Shell daalde 1,5 procent. Het olie- en gasconcern liet tijdens een investeerdersdag weten op koers te liggen voor het behalen van zijn doelstellingen in 2020. Het concern zei verder dat het mogelijkheden ziet om 125 miljard dollar of meer terug te laten vloeien naar de aandeelhouders, in de periode 2021 tot en met 2025.
Bij de middelgrote bedrijven was maaltijdbestelsite Takeaway de grootste daler met een min van 1 procent. Vastgoedbedrijf Wereld profiteerde van een adviesverhoging door Goldman Sachs en ging aan kop met een plus van 4,3 procent.
In Kopenhagen kelderde Bang & Olufsen 18 procent. De Deense verkoper van luxe beeld- en geluidsapparatuur gaf een omzetwaarschuwing, met name vanwege tegenvallende verkopen van televisies in Europa. Greenyard klom 3,2 procent in Brussel. Het Belgische groente- en fruitconcern dook afgelopen boekjaar fors in de rode cijfers, maar het bedrijfsresultaat viel hoger uit dan voorzien.
Volkswagen won 0,4 procent. Het Duitse autoconcern wil zijn vrachtwagen- en bussendivisie, met de merken MAN en Scania, voor de zomer naar de aandelenbeurzen in Frankfurt en Stockholm brengen.
De euro was 1,1269 dollar waard tegenover 1,1207 dollar een dag eerder. De prijs van een vat Amerikaanse olie klom 0,1 procent tot 53,28 dollar. Brentolie werd een fractie duurder op 61,30 dollar per vat.