Airbus gaat de productiecapaciteit van de fabriek in de Chinese stad Tianjin verdubbelen. Dat doet de Europese vliegtuigbouwer door een tweede assemblagelijn toe te voegen. Topman van het bedrijf Guillaume Faury heeft daarvoor donderdag een overeenkomst getekend in Beijing.
De plannen dragen bij aan het doel van Airbus om tegen 2026 per maand 75 vliegtuigen te produceren van het type A320neo.
In de fabriek in China, die sinds 2008 open is, worden belangrijke onderdelen van de vliegtuigen aan elkaar bevestigd, zoals de vleugels en de vliegtuigrompen. Naast de plannen om de productie uit te breiden, heeft Faury ook zijn handtekening gezet onder een overeenkomst voor de verkoop van vliegtuigen aan China. De details daarover zijn niet bekend.
Chinese luchtvaartmaatschappijen bestelden vorig jaar ruim 300 vliegtuigen met een smalle romp bij Airbus, met een totaalwaarde van meer dan 40 miljard dollar. Die vliegtuigen bestaan uit twee rijen met stoelen met daartussen een gangpad. De luchtvaartmaatschappijen in China nemen ongeveer een vijfde van alle Airbus-leveringen voor hun rekening.