Webwinkel en techbedrijf Alibaba heeft 100 miljard yuan, omgerekend zo'n 13 miljard euro, toegezegd om de 'gemeenschappelijke welvaart' van China te verbeteren. Daarmee speelt het bedrijf in op de welvaartsvisie van de Chinese president Xi Jinping, die al langer spreekt van het opnieuw verdelen van de welvaart in zijn land.
De miljarden worden uitgesmeerd over de komende vijf jaar en verdeeld tussen tien initiatieven, waaronder investeringen in technologie en de ondersteuning van kleine bedrijven, schrijft de Chinese staatskrant Zhejiang Daily. Een woordvoerder van Alibaba bevestigde de plannen, maar lichtte deze niet toe.
Alibaba sluit aan in de rij van bedrijven die beloven om wat terug te doen voor de maatschappij, nadat ze gedurende een lange periode fors hebben verdiend aan de vlucht die mobiel internet in het land nam. Techgigant Tencent zei afgelopen maand dat het bedrag dat het beloofd heeft voor sociale programma's wordt verdubbeld. Pinduoduo, dat Alibaba op het platteland beconcurreert, beloofde eerder al een groot deel van zijn winst uit te zullen geven aan de welvaart van boeren.
Sinds vorig jaar wijst Xi steeds vaker op de 'gemeenschappelijke welvaart' van zijn landgenoten om de gapende welvaartskloof in het land te dichten. Het idee van 'gemeenschappelijke welvaart' werd oorspronkelijk door Mao Zedong in partijdocumenten geïntroduceerd in het streven naar een meer gelijke samenleving. De rijkste 20 procent van China verdient meer dan tien keer zoveel als de armste 20 procent. Die kloof is sinds 2015 niet kleiner geworden.
Chinese techmiljardairs hebben de laatste tijd al veel geld gedoneerd aan goede doelen, nu de Chinese autoriteiten steeds strenger optreden tegen de grote technologiebedrijven in het land. Kenners vermoeden dat de miljardairs daarmee in een goed daglicht willen komen te staan bij de overheid en het publiek.