Warenhuisketen Nordstrom ging woensdag hard onderuit op de aandelenbeurzen in New York. Het bedrijf verlaagde zijn verwachtingen voor het hele jaar. Amerikanen uit de middenklasse, de doelgroep van Nordstrom, letten door de inflatie beter op hun uitgaven. Beleggers waren niet te spreken over de update van het winkelbedrijf en zetten het aandeel 20 procent lager. De beursgraadmeters op Wall Street gingen licht omhoog.
Ook maker van fitnessapparatuur Peloton stond in de belangstelling, maar dan in positieve zin. Dat aandeel ging juist een vijfde omhoog omdat peloton zijn prijzige hometrainers en loopbanden ook via Amazon wil gaan verkopen. Peloton groeide hard tijdens de coronapandemie, maar toen mensen weer naar de sportschool konden kwam de klad erin.
De Dow-Jonesindex eindigde met een plus van 0,2 procent op 32.969,23 punten. De breed samengestelde S&P 500 dikte 0,3 procent aan tot 4140,77 punten en techbeurs Nasdaq steeg 0,4 procent, tot 12.431,53 punten.
Beleggers bleven voorzichtig en zijn in afwachting van de toespraak die de Amerikaanse centralebankpresident Jerome Powell aan het einde van de week zal houden tijdens de bijeenkomst van centrale bankiers in Jackson Hole. Daarbij wordt met name gelet of Powell iets zal zeggen over de omvang van de toekomstige renteverhogingen. Te snelle renteverhogingen zijn slecht voor de beurs.
De olieprijs steeg na berichten dat oliekartel OPEC kan besluiten om de productie weer iets te verlagen om daarmee de prijzen te stutten. Een vat Amerikaanse olie kostte 1,7 procent meer op 95,34 dollar. Brentolie werd 1,5 procent duurder, op 101,69 dollar per vat. Oliebedrijven als Chevron (plus 0,7 procent) en ExxonMobil (plus 0,6 procent) stegen mee.
Techconcern Facebook stond ook in de schijnwerpers na een teruggedraaide aanpassing. Door die aanpassing ontstonden problemen in de Facebook-feed van sommige gebruikers. Het aandeel van Facebook-moeder Meta Platforms steeg 1,3 procent.
De euro bleef hangen rond het laagste niveau in twintig jaar en noteerde op 0,9968 dollar.