Grote Amerikaanse bedrijven, zoals McDonald's, KFC, Pepsi en Coca-Cola ondervinden steeds meer de gevolgen van de oorlog in Gaza. Mensen in het Midden-Oosten, Azië en sommige delen van Europa boycotten hun producten vanwege vermeende banden met Israël.
Meer dan honderd vestigingen van KFC in Maleisië hebben vanwege de boycot hun deuren gesloten. In Pakistan krijgen lokale water- en frisdrankmerken in de schappen van supermarkten de voorkeur boven Coca-Cola en Pepsi, die al tientallen jaren zeer populair zijn in het land. De maker van blikjes voor Pepsi en Coca-Cola zag zijn omzet in het eerste kwartaal met 11 procent dalen.
McDonald's werd het doelwit van een boycot nadat op sociale media beelden waren verschenen van restaurants die gratis maaltijden verstrekten aan Israëlische militairen. Topman Chris Kempczinski gaf onlangs toe dat de inkomsten van het concern in het Midden-Oosten en landen als Indonesië en Maleisië een "klap" hebben gekregen. In Europa zijn de gevolgen van boycots moeilijker vast te stellen. Kempczinski noemde de omzetdaling in Frankrijk "aanzienlijk" maar "het hangt erg af van waar een restaurant is gevestigd."