Techbedrijf Apple stond woensdag in de belangstelling op Wall Street. De onderneming achter de iPhone was al voor de zevende dag op rij in trek bij beleggers en steeg 1,8 procent. Daarmee werd een nieuwe recordstand bereikt. De vorige piek in de koers van Apple kwam in januari. Vervolgens begon een periode waarin techaandelen het moeilijker hadden. Apple is nu ruim 2,4 biljoen dollar waard.
Ook Didi kon weer op de nodige aandacht rekenen, maar dan in negatieve zin. Een groep beleggers heeft aangekondigd het Chinese taxibedrijf aan te willen klagen. Didi ging vorige week naar de beurs in de Verenigde Staten en werd afgelopen weekeinde in zijn thuisland gedwongen zijn app uit diverse appwinkels te halen. Het bedrijf zou op illegale wijze data over consumenten hebben verzameld. In de prospectus waarschuwde Didi echter alleen in algemene termen voor toenemend toezicht vanuit de Chinese overheid terwijl er toen vermoedelijk al gesprekken liepen. Het aandeel Didi verloor 4,6 procent. In drie dagen werd het bedrijf 27 procent minder waard.
De Dow-Jonesindex sloot met een plus van 0,3 procent op 34.681,79 punten. De breed samengestelde S&P 500 steeg ook 0,3 procent tot 4358,13 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq bleef vrijwel vlak en eindigde op 14.665,06 punten.
Beleggers reageerden nauwelijks op de notulen van de Federal Reserve. Daaruit bleek dat de centrale bankiers nog niet zeker weten of de economie zich in een overgangsfase bevindt en voorlopig nog geen aanpassingen zullen doen.
De olieprijzen daalden na een eerdere prijsstijging. Handelaren weten nog altijd niet waar ze aan toe zijn. Als de OPEC uiteenvalt na de ruzie van afgelopen week dan kan dat tot veel groter aanbod en lagere prijzen leiden. Als er geen akkoord bereikt wordt, maar OPEC wel bijeen blijft, ontstaat er waarschijnlijk krapte en stijgen de olieprijzen. Daar komt nog bij dat de oplopende coronabesmettingen in veel landen tot een lagere economische groei kunnen leiden en de prijzen weer onder druk kunnen zetten.
Een vat Amerikaanse olie werd 2 procent goedkoper op 71,91 dollar. Brentolie verruilde voor 73,18 dollar per vat van eigenaar, wat een daling van 1,8 procent betekende. Oliebedrijven als ExxonMobil, Chevron, ConocoPhillips, Marathon Oil, Devon Energy en Occidental Petroleum daalden tot 3,4 procent.
De euro was 1,1793 dollar waard. Bij het slot van de Europese beurzen was dat nog 1,1801 dollar.