Apple stond donderdag onder druk op de aandelenbeurzen in New York na berichten dat het technologieconcern kampt met een afnemende vraag naar iPhones. Beleggers hielden verder de ontwikkelingen rond Omikron in de gaten. De nieuwe coronavirusvariant is inmiddels ook in de Verenigde Staten opgedoken. Daardoor gingen de graadmeters op Wall Street woensdag nog stevig omlaag.
Apple zakte 3,5 procent. Volgens persbureau Bloomberg valt de vraag naar de in september uitgebrachte iPhone 13 tegen. Apple stelde de productie van de nieuwe smartphone dit jaar al met 10 miljoen stuks naar beneden bij wegens het gebrek aan onderdelen. Het concern zou zijn toeleveranciers inmiddels hebben gewaarschuwd dat het nu weer minder onderdelen nodig heeft.
De Dow-Jonesindex noteerde kort na opening 0,4 procent hoger op 34.158 punten. De brede S&P 500 was vlak op 4514 punten en technologiebeurs Nasdaq verloor 0,2 procent tot 15.224 punten.
Ook was er nieuws over de Amerikaanse arbeidsmarkt. Het aantal nieuwe aanvragen voor een werkloosheidsuitkering in de VS viel afgelopen week lager uit dan verwacht. Vrijdag staat het belangrijke banenrapport van de Amerikaanse overheid op het programma.
De luchtvaartaandelen, die woensdag zware klappen kregen na de ontdekking van de Omikron-variant op Amerikaanse bodem, toonden wat herstel. De luchtvaartmaatschappijen Delta Air Lines, United Airlines en American Airlines dikten tot 1,4 procent aan. Vliegtuigbouwer Boeing won 3,5 procent. Volgens berichten is China een stapje dichter bij het weer toestaan van vluchten met de 737 MAX, het toestel dat na twee vliegrampen lang aan de grond moest blijven.
Snowflake maakte een koerssprong van bijna 13 procent dankzij beter dan verwachte kwartaalcijfers van het cloud-databedrijf. General Motors (GM) klom bijna 3 procent. De autobouwer schroefde tijdens een beleggersbijeenkomst zijn winstverwachtingen voor dit jaar op.
Op de oliemarkt ging de aandacht uit naar de vergadering van oliekartel OPEC en bondgenoten als Rusland. De olielanden zetten naar verluidt door met de productieverhoging in januari ondanks de onzekerheid over Omikron. Een vat Amerikaanse olie kostte 2,5 procent minder op 63,87 dollar en Brentolie werd 2,5 procent goedkoper op 67,25 dollar per vat.