Door de krappe arbeidsmarkt wordt het arbeidspotentieel steeds beter benut. Dat stelt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Zo is het aantal parttimers dat meer uren zou willen werken, flink afgenomen.
In 2014 waren er nog 583.000 deeltijdwerkers die meer zouden willen werken. Vorig jaar was dat aantal afgenomen tot 382.000. De zogeheten onderbenutte deeltijdwerkers werken gemiddeld achttien uur en willen twaalf uur meer werken. De meesten van hen werken in sectoren als de detailhandel, zorg- en welzijn, dienstverlening en in bedrijfseconomische en administratieve beroepen.
Behalve de onderbenutte deeltijdwerkers zijn er ook werklozen die beschikbaar zijn voor of op zoek zijn naar werk. In totaal bestond dit zogeheten onbenut arbeidspotentieel vorig jaar uit ruim 1,1 miljoen mensen. In 2014, op het hoogtepunt van de crisis, waren dat er nog 600.000 meer. Het aantal werkzame mensen bedroeg vorig jaar 8,8 miljoen.