Chipbedrijf ASMI was dinsdag de sterkste stijger in de AEX-index op het Damrak, die een klein verlies liet zien. Ook branchegenoten Besi en ASML stonden in de kopgroep na een goed ontvangen kwartaalbericht van de Nederlandse chipproducent NXP. DSM stond onderaan. Het voedseltechnologiebedrijf had in het eerste kwartaal behoorlijk last van de lage prijzen voor vitamines. Die zorgden ervoor dat de omzet daalde. De bedrijfswinst nam ook af door de nog altijd hoge prijzen voor ingrediënten.
Aangezien de fusie van DSM met de Zwitserse smaak- en geurstoffenfabrikant Firmenich bijna is afgerond was dit de laatste keer dat DSM zelfstandig resultaten rapporteerde. DSM liet maandag al weten dat in totaal ruim 96 procent van de aandelen DSM zijn aangemeld voor de fusie en dat snel wordt gestart met de uitrookprocedure om ook de laatste aandelen in handen te krijgen. Op 30 mei vindt de laatste handelsdag van aandelen DSM plaats. Daarna kan alleen nog worden gehandeld in aandelen DSM-Firmenich (min 3 procent).
Beleggers reageerden daarnaast op de inflatiecijfers van de eurozone. De prijzen in de eurolanden stegen in april met 7 procent. Dat was iets sterker dan de 6,9 procent in maart. De kerninflatie, waarin de prijzen voor energie en voedsel niet worden meegenomen, liet daarentegen voor het eerst sinds juni vorig jaar een kleine afname zien. De inflatie speelt een grote rol bij het rentebesluit van de Europese Centrale Bank (ECB), dat voor donderdag op het programma staat.
De AEX rond het middaguur 0,2 procent lager op 757,24 punten. De MidKap won 0,4 procent tot 937,49 punten. De beurzen in Frankfurt, Londen en Parijs verloren tot 0,4 procent.
ASMI, Besi en ASML wonnen tot 2,2 procent. Ook de banken ING en ABN AMRO deden goede zaken en stegen ruim 1 procent. In de MidKap profiteerde bodemonderzoeker Fugro (plus 5,5 procent) van een positief analistenrapport van ABN AMRO, waarin het koersdoel werd verhoogd. Maritiemdienstverlener SBM Offshore steeg 4 procent na een groot contract van het Amerikaanse olieconcern ExxonMobil.
In Londen verloor BP 4,7 procent. Het Britse olie- en gasconcern behaalde afgelopen kwartaal minder winst dan eind 2022 door de gedaalde energieprijzen. De Britse bank HSBC steeg 5 procent dankzij goed ontvangen kwartaalcijfers.
De euro was 1,0954 dollar waard, tegen 1,1036 dollar op vrijdag. Een vat Amerikaanse olie daalde 0,4 procent in prijs tot 75,33 dollar. Brentolie werd 0,3 procent goedkoper op 79,03 dollar per vat.