De aandelenbeurs in Tokio wist woensdag het verlies beperkt te houden dankzij sterke koerswinsten onder de autofabrikanten en staalbedrijven. Beleggers deden het verder rustig aan na het stevige herstel in de afgelopen dagen. Berichten dat Japan vanwege de aanhoudende toename van het aantal coronabesmettingen in het land de noodtoestand wil invoeren in acht nieuwe prefecturen zorgden daarbij voor enige terughoudendheid. De noodtoestand zou daarmee gaan gelden in 21 van de 47 Japanse provincies.
De toonaangevende Nikkei in Tokio sloot uiteindelijk een fractie lager op 27.724,80 punten. Toyota zette het herstel voort met een plus van ruim 2 procent. De autofabrikant werd vorige week flink lager gezet na aankondiging de productie te gaan verlagen vanwege het wereldwijde chiptekort. Concurrent Nissan en leverancier van auto-onderdelen Denso wonnen tot 2,6 procent. De Japanse staalbedrijven Nippon Steel en JFE Holdings behoorden ook tot de kopgroep met winsten tot 5 procent.
De Hang Seng-index in Hongkong noteerde tussentijds 0,2 procent lager na de sterke opmars een dag eerder. De Chinese techbedrijven lieten een gemengd beeld zien na de rally op dinsdag. Internetbedrijf Tencent klom 1,5 procent en webwinkelconcern Alibaba verloor 0,7 procent. De Kospi in Seoul klom 0,2 procent. Samsung bleef vrijwel ongewijzigd. Het Zuid-Koreaanse technologiebedrijf gaat de komende jaren omgerekend vele tientallen miljarden euro's investeren. Het concern wil een voorsprong nemen op het gebied van telecommunicatie en robotica.
De All Ordinaries in Sydney won 0,2 procent. De grote mijnbouwers Rio Tinto en Fortescue Metals klommen dik 2 procent dankzij een flinke stijging van de prijs van ijzererts. De prijs voor het gesteente stond in de afgelopen weken stevig onder druk door de belofte van China om de staalproductie en -consumptie te verlagen.