De banken en verzekeraars stonden dinsdag opnieuw onder druk op de Amsterdamse beurs. Wereldwijd zijn de financiële bedrijven in de afgelopen twee handelsdagen al 465 miljard dollar (zo'n 435 miljard euro) aan beurswaarde kwijtgeraakt door de onrust die is ontstaan na het omvallen van de Amerikaanse Silicon Valley Bank (SVB). In Azië werd de financiële sector ook opnieuw getroffen door een verkoopgolf.
Op Wall Street stonden maandag vooral de kleinere regionale banken zwaar onder druk. President Joe Biden probeerde beleggers gerust te stellen door ze te verzekeren dat het bankensysteem veilig is, maar die lijken daarvan nog niet overtuigd. De Amerikaanse techgraadmeter Nasdaq toonde echter herstel. Dat kwam door de hoop dat de Amerikaanse centrale bank de rente mogelijk minder sterk zal verhogen door de problemen in de bankensector. Door de snelle en stevige verhogingen van de rente in de VS zou de SVB namelijk in de problemen zijn gekomen.
De Federal Reserve komt volgende week met zijn rentebesluit. In dat kader zullen beleggers dan ook vooral letten op het Amerikaanse inflatiecijfer van februari, dat later op de dag bekend wordt gemaakt. Als de inflatie een verdere afkoeling laat zien zou de Fed mogelijk kunnen overwegen eerder te stoppen met de renteverhogingen.
De AEX-index noteerde in de ochtendhandel 0,2 procent lager op 725,54 punten. De MidKap daalde 0,7 procent in tot 954,64 punten. De beurzen in Londen en Parijs zakten tot 0,5 procent. De DAX in Frankfurt won 0,1 procent.
ING en Aegon behoorden opnieuw tot de grootste dalers in de AEX, met verliezen tot 1,8 procent. NN Group verloor 0,9 procent. In de MidKap zakte ABN AMRO ruim 2 procent en leverde verzekeraar ASR 1,6 procent in. Ook andere grote Europese financiële concerns gingen opnieuw omlaag.
In Frankfurt zakte Volkswagen 3 procent na publicatie van de jaarcijfers. De grootse Europese autofabrikant kondigde daarbij aan de komende vijf jaar tot 180 miljard euro te investeren in software en elektrische auto's.
De euro was 1,0694 dollar waard, tegen 1,0737 dollar een dag eerder. De olieprijzen gingen verder omlaag. Een vat Amerikaanse olie daalde 1,6 procent in prijs tot 73,58 dollar. Brentolie kostte 1,5 procent minder op 79,60 dollar per vat.