De Europese aandelenbeurzen lieten vrijdag aan het einde van de ochtend stevige plussen zien. Vooral de banken waren in trek na de nieuwe regels voor de kapitaaleisen. Positieve macro-economische cijfers uit China en Japan boden eveneens steun aan de handel. Daarnaast werd uitgekeken naar het Amerikaanse banenrapport, dat later op de dag verschijnt.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,8 procent hoger op 548,73 punten. De MidKap steeg 0,3 procent tot 820,64 punten. De beurzen in Parijs en Frankfurt klommen 0,5 en 1,4 procent. Londen won 0,3 procent, na het bereiken van een akkoord tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk over de scheidingsvoorwaarden van de brexit.
Grootste stijgers in de AEX waren ABN AMRO en ING met winsten van 6 en 3 procent. Beleggers reageerden positief op de set nieuwe regels voor de kapitaaleisen van banken, het zogenoemde Basel IV-compromis. Volgens analisten vallen de strengere eisen gunstiger uit voor de banken dan eerder werd aangenomen.
Ook elders in Europa deden de banken goede zaken. Deutsche Bank en Commerzbank wonnen in Frankfurt 3,7 en 2,9 procent. In Parijs stegen BNP Paribas, Crédit Agricole en Société Générale meer dan 4 procent.
In de MidKap stond Arcadis onderaan met een verlies van 7,1 procent. Het advies- en ingenieursbureau zit veel dieper in de financiële problemen dan het aangeeft, aldus analist Teun Teeuwisse van TT Research tegen De Telegraaf. Arcadis laat desgevraagd weten zich niet in het door TT Research geschetste beeld te herkennen. Een woordvoerder wijst onder meer op de ,,sterke balans en goede cashflow'' van het bedrijf.
BAM toonde wat herstel met een plus van 2,2 procent. De bouwer verloor in de afgelopen twee handelsdagen ruim 25 procent na bekendmaking van een flinke tegenvaller bij de bouw van een nieuwe zeesluis in IJmuiden.
In Frankfurt herstelde Steinhoff van een eerder verlies en klom bijna 7 procent. Kredietbeoordelaar Moody's verlaagde de kredietwaardering van de verkoper van matrassen en huishoudelijke goederen met vier stappen tot rommelstatus. Het winkelconcern verloor in zeven dagen zo'n 90 procent van zijn beurswaarde vanwege een boekhoudschandaal en het vertrek van zijn topman.
De euro was 1,1741 dollar waard, tegen 1,1793 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,7 procent meer op 57,10 dollar. Brentolie klom ook 0,7 procent in prijs, tot 62,66 dollar per vat.