De bedrijvigheid in Nederlandse industrie is afgelopen maand voor het eerst sinds het begin van de coronacrisis toegenomen. Dat meldde de Nederlandse Vereniging van Inkoopmanagers (Nevi). De voorbije maanden nam de bedrijvigheid telkens af, al werd die afname wel steeds kleiner.
De inkoopmanagersindex van Nevi, die de bedrijvigheid meet, kwam uit op een stand van 52,3. In juli was dat nog 47,9. Een stand onder de 50 duidt op krimp, daarboven is sprake van groei.
De omvang van de productie groeide voor het eerst sinds februari en ook het aantal nieuwe opdrachten steeg aanzienlijk, met name omdat de export weer aantrekt. Desondanks heeft de Nederlandse industrie opnieuw minder opdrachten op de plank liggen en dus verkleinden veel bedrijven hun personeelsbestand. Nevi meldt verder een stijging van de verkoopprijzen. De industrie heeft zich dan ook in zes maanden niet meer zo optimistisch getoond over de toekomstige productie.
Volgens sectorbankier industrie David Kemps van ABN AMRO trekt de Nederlandse industrie zich op aan de groei in Duitsland en het versoepelen van de lockdowns in veel landen. "De Nederlandse industrie laat haar veerkracht zien door hogere productiecijfers en veel nieuwe exportorders in de maand augustus."