Beleggers rekenen erop dat na de historische beursdalingen in maart weer herstel voor de boeg ligt. De beurs in Frankfurt maakte dinsdag na twee dagen van stevige winsten een groot deel van zijn verliezen dit jaar goed. De Italiaanse beurs kreeg dankzij de stevige opmars van afgelopen dagen er sinds 12 maart weer een vijfde bij. De Amsterdamse beurs tikte voor het eerst sinds de invoering van de 'intelligente' lockdown in Nederland de 500 punten aan.
De voornaamste reden voor het optimisme zijn tekenen dat het coronavirus afvlakt. De Europese epicentra, Spanje en Italië, laten zien dat de verspreiding van het longvirus vertraagt. In beide landen gaat dagelijks een steeds kleiner aantal mensen dood aan Covid-19. Ook uit China komen positieve geluiden. Daar ging dinsdag voor het eerst sinds januari niemand dood aan het virus uit Wuhan.
Daarnaast hopen beleggers op meer steun van Europese overheden. De ministers van Financiën van de 19 eurolanden vergaderen dinsdag over maatregelen om de klap van de coronacrisis op te vangen. De verwachtingen zijn hooggespannen omdat een reeks "ambitieuze" voorstellen op tafel ligt. Beleggers hopen bovendien dat de noordelijke landen bereid zijn tot concessies na een recente ruzie met de zuidelijke die hoog opliep.
De grote vraag is of de opleving op de beurzen stand houdt. Het gebeurt namelijk vaker dat de markt na forse dalingen een korte tijd herstelt, maar daarna verder omlaag keldert. Terugkijkend naar de vorige eeuw, duurde een gemiddelde dalende markt iets korter dan een jaar. De mondiale beurzen begonnen in maart aan hun dalende trend.
Kenners bij Bloomberg benadrukken dat beleggers nu van het meest optimistische scenario uitgaan: dat het virus ingedamd is en dat de economische activiteit weer snel zijn gangetje vindt. Maar dat is niet realistisch, vooral omdat er nog geen medische oplossing is voor de pandemie, aldus een handelaar. Een andere marktkenner wijst erop dat de volledige economische impact van de coronacrisis nog niet zichtbaar is.