De aandelenbeurzen in Japan en Taiwan lieten maandag stevige verliezen zien door zorgen over de coronasituatie in beide landen. In Japan werd afgelopen vrijdag in drie extra regio's de noodtoestand ingevoerd. Ook het trage vaccinatieprogramma in het land zorgde voor koersdruk op de aandelenmarkt. In Taiwan werden in en rond de hoofdstad Taipei strengere coronamaatregelen afgekondigd na een flinke stijging van het aantal bestemmingen.
De hoofdindex in Taiwan, de Taiex, raakte 3 procent kwijt. De eilandstaat was tot nu toe juist redelijk gespaard gebleven van de coronapandemie en kreeg internationaal veel lof vanwege de succesvolle aanpak van het virus.
De Nikkei in Tokio eindigde 0,9 procent lager op 27.824,83 punten. De maker van chipapparatuur Tokyo Electron behoorde tot de sterkste dalers met een verlies van 3,6 procent. Honda zakte bijna 3 procent. De autofabrikant waarschuwde onlangs dat het chiptekort in de sector en de hogere materiaalkosten de groei in het huidige boekjaar onder druk zullen zetten. Ook techinvesteerder SoftBank en winkelconcern Fast Retailing, die zwaar wegen in de Nikkei, daalden ruim 1 procent.
De Chinese beurzen wonnen terrein na een reeks van macro-economische cijfers uit het land. De Chinese industriële productie en de winkelverkopen namen in april op jaarbasis weer flink toe, maar stegen wel minder hard in vergelijking met maart. De beursgraadmeter in Shanghai noteerde tussentijds 0,7 procent hoger en de Hang Seng-index in Hongkong dikte 0,6 procent aan.