De Europese beurzen deden donderdag een stapje terug. Beleggers verwerkten de derde renteverhoging van het jaar van de Amerikaanse Federal Reserve. Daarnaast werd uitgekeken naar de rentebesluiten van de Bank of England en de Europese Centrale Bank, die beide naar verwachting hun rentetarieven ongewijzigd zullen laten.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,3 procent in de min op 549,09 punten. De MidKap daalde 0,2 procent tot 825,49 punten. De beurzen in Parijs, Frankfurt en Londen verloren tot 0,6 procent.
Zorgtechnologiebedrijf Philips en vastgoedconcern Unibail-Rodamco waren de grootste dalers in de AEX met minnen van 0,9 procent. ABN AMRO ging aan kop met een plus van 0,7 procent. Kabel- en telecomconcern Altice zakte 0,5 procent na een verkoopadvies van Société Générale.
Gemalto daalde 0,7 procent. De digitaal beveiliger wijst het overnamevoorstel van 4,3 miljard euro van zijn Franse branchegenoot Atos af. Volgens Gemalto vormt het ongevraagde bod niet de basis om ,,constructief'' met elkaar om tafel te gaan. Atos liet na de afwijzing weten nog steeds achter zijn overnamevoorstel te staan.
In de MidKap sloten technologiegroep TKH en verzekeraar ASR de rij met verliezen van 1,2 procent. Luchtvaartcombinatie Air France-KLM stond bovenaan met een winst van 1,3 procent.
Bij de kleinere bedrijven won Heijmans 3 procent. De bouwer gaat 377 huurwoningen ontwikkelen en bouwen voor Vesteda. Van Lanschot Kempen klom ruim 1 procent. De vermogensbeheerder keert op 20 december ruim 41 miljoen euro uit aan aandeelhouders. Per aandeel zal het bedrijf 1 euro overmaken.
In Frankfurt zakte Steinhoff daalde 11 procent. De geplaagde woongigant gaat de financiële resultaten over 2016 herzien. Volgens het bedrijf kan niet op de eerder gepubliceerde cijfers worden vertrouwd. Het concern neemt naar eigen zeggen de nodige stappen om de kwestie op te lossen.
In Londen maakte Lonmin een koerssprong van ruim 22 procent. Het Zuid-Afrikaanse mijnbouwbedrijf Sibanye-Stillwater koopt de worstelende platinaproducent voor 285 miljoen pond (323 miljoen euro)
De euro was 1,1811 dollar waard, tegen 1,1767 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie stond vlak op 56,61 dollar. Brentolie kostte 0,3 procent meer op 62,60 dollar per vat.