De aandelenbeurzen in New York zijn woensdag met overwegend kleine winsten de handel uitgegaan. De aandacht van beleggers op Wall Street ging onder meer uit naar de kwartaalcijfers van de grote banken Bank of America, Citigroup en Wells Fargo. Daarnaast verklaarde voorzitter Jerome Powell van de Federal Reserve dat de Amerikaanse centrale bank nog niet zal overgaan tot het afbouwen van zijn opkoopprogramma's omdat de economie nog niet sterk genoeg is hersteld van de coronacrisis.
De grote banken in de Verenigde Staten zagen de winsten in de afgelopen periode sterk stijgen omdat grote sommen geld die eerder apart werden gezet om de coronacrisis op te kunnen vangen, weer werden vrijgegeven. Bij Bank of America was er wel enige teleurstelling over de prestaties want het aandeel zakte 2,5 procent. Citigroup leverde 0,3 procent in.
Wells Fargo, de grootste hypotheekverstrekker in de VS, wist beleggers wel te bekoren met de cijfers en werd 4 procent hoger gezet. Dat gold dan weer niet voor de resultaten van BlackRock. De koers van 's werelds grootste vermogensbeheerder daalde ruim 3 procent.
De Dow-Jonesindex eindigde 0,1 procent in de plus op 34.933,23 punten. De breed samengestelde S&P 500 won 0,1 procent tot 4374,30 punten, maar de technologiebeurs Nasdaq verloor 0,2 procent tot 14.644,95 punten.
Delta Air Lines opende eveneens de boeken. De luchtvaartmaatschappij meldde weer evenveel vluchten binnen de VS uit te voeren voor vakanties dan in 2019. Zakenreizen en internationale vluchten bleven door de coronacrisis nog wel achter, waardoor de omzet uit ticketverkoop de helft lager was dan voor de pandemie uitbrak. Het aandeel zakte 1,6 procent. Branchegenoot American Airlines kwam met positieve vooruitzichten en won juist 3 procent.
Apple ging 2,4 procent vooruit naar een nieuw recordniveau. Het bedrijf verwacht dit jaar veel meer exemplaren van de nieuwste iPhone te verkopen dan in voorgaande jaren en heeft zijn leveranciers gevraagd om dit jaar 90 miljoen van de nieuwste generatie smartphones te bouwen, meldt persbureau Bloomberg. De afgelopen jaren waren dat er zo'n 75 miljoen.
De euro was 1,1833 dollar waard, tegen 1,1823 dollar bij het slot van de handel in Europa. Een vat Amerikaanse olie werd 3,4 procent goedkoper op 72,68 dollar. Brentolie kostte 2,7 procent minder op 74,39 dollar per vat. Dat had mede te maken met berichten dat er bij oliekartel OPEC en zijn bondgenoten een compromis is gesloten om de productie verder te verhogen.