De aandelenbeurzen in New York zijn woensdag met een forse winst gesloten. Opmerkingen van Jerome Powell, hoofd van de Amerikaanse centralebankenkoepel Federal Reserve, stelden beleggers gerust over het tempo waarin de rente omhoog zal gaan. Verder wonnen olieconcerns door de sterk opgelopen energieprijzen, een gevolg van de Russische inval in Oekraïne.
Powell vertelde leden van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden dat een verhoging van de rente op zijn plaats is, omdat de inflatie is opgelopen en de werkloosheid erg laag is. Hij sprak ook de verwachting uit dat het economisch herstel van de coronacrisis krachtig genoeg is om zo'n stap te kunnen weerstaan. De economische impact van de oorlog in Oekraïne is volgens hem onzeker en Powell beloofde behoedzaam en wendbaar te opereren.
De Dow-Jonesindex eindigde 1,8 procent hoger op 33.891,35 punten. De breed samengestelde S&P 500 ging 1,9 procent omhoog tot 4.386,54 punten en techbeurs Nasdaq steeg 1,6 procent tot 13.752,02 punten.
De olieprijzen liepen verder op door onzekerheden over de Russische toevoer. Hoewel er geen sancties zijn tegen de handel in Russische olie, lijken handelaren toch geen zaken met het land te willen doen. Een vat Amerikaanse olie bereikte op een gegeven moment het hoogste niveau sinds april 2011. Brentolie steeg bijna 9 procent in prijs, tot 114.09 dollar per vat.
Oliebedrijven als Chevron en ExxonMobil profiteerden van de duurdere olie en wonnen tot 3 procent. ExxonMobil liet ook weten Rusland te gaan verlaten vanwege de inval in Oekraïne. Eerder kondigden grote Europese olieconcerns als BP en Shell al aan te vertrekken uit Rusland.
Ford won bijna 6 procent aan beurswaarde. Het autoconcern gaat zijn activiteiten reorganiseren in twee aparte onderdelen. Zo worden de activiteiten op het gebied van elektrische voertuigen losgekoppeld van het onderdeel dat benzine- en dieselauto's maakt.
Rivian leverde op zijn beurt meer dan 13 procent in. De fabrikant van elektrische auto's verhoogt de prijzen voor zijn voertuigen vanwege de tekorten aan halfgeleiders en hogere prijzen voor onderdelen.
Beleggers verwerkten ook een nieuw banenrapport van loonstrookverwerker ADP. In het Amerikaanse bedrijfsleven kwamen er 475.000 nieuwe banen bij, veel meer dan waar economen in doorsnee op hadden gerekend.
De euro was 1,1098 dollar waard, tegen 1,1107 dollar een dag eerder.