Beurzen terughoudend door handelszorgen
De Europese aandelenbeurzen bleven vrijdag dicht bij huis na de forse verliezen een dag eerder. De kansen op een handelsdeal lijken afgenomen nu een ontmoeting tussen president Donald Trump en zijn Chinese ambtgenoot van tafel is. Op het Damrak gingen beursintermediair Flow Traders en vastgoedbedrijf Wereldhave in de uitverkoop na teleurstellende resultaten.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,1 procent lager op 529,88 punten. De MidKap raakte 0,9 procent kwijt op 720,98 punten. De hoofdgraadmeters in Parijs en Londen stegen 0,1 procent, Frankfurt bleef vrijwel vlak.
De Amerikaanse president Trump bevestigde dat hij de Chinese president Xi Jinping deze maand niet meer zal ontmoeten om een handelsakkoord te sluiten. De deadline van de huidige wapenstilstand in het handelsconflict loopt 1 maart af.
Wereldhave, dat afgelopen jaar verlies leed, zakte 6,1 procent en was de grootste verliezer bij de middelgrote bedrijven. Flow Traders volgde op de voet met een min van 6 procent. Volgens analisten vielen de handelsinkomsten van het bedrijf in de Verenigde Staten tegen. Vastgoedinvesteerder Eurocommercial Properties, die ook met cijfers kwam, daalde 1,1 procent.
Bij de hoofdfondsen stond staalproducent ArcelorMittal onderaan met een verlies van ruim 4 procent. Grootste stijger was verlichtingsbedrijf Signify met een winst van 1,6 procent.
In Parijs won luxebedrijf Hermès meer dan 1 procent. De producten van het Franse modehuis vonden gretig aftrek in Azië. Het bedrijf rekent ook voor dit jaar op een verdere omzetgroei. Cosmeticamaker L'Oréal stelde eveneens in China geen afname te zien van de vraag en behaalde afgelopen jaar bijna net zo veel omzet in het Verre Oosten als in West-Europa. Het aandeel bleef onveranderd.
Ceconomy dikte 18 procent aan in Frankfurt. Het Duitse moederbedrijf van MediaMarkt en Saturn boekte afgelopen kwartaal meer omzet dankzij sterke verkopen rond Black Friday.
De euro noteerde op 1,1333 dollar, tegen 1,1349 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie zakte een fractie in prijs tot 52,62 dollar. Brentolie kostte 0,4 procent meer op 61,89 dollar per vat.
