De aandelenbeurzen in New York zijn dinsdag met kleine koersbewegingen geopend. Boeing zakte verder weg na de fatale crash met het 737 MAX-vliegtuig en het nieuws dat veel maatschappijen en landen het toestel aan de grond houden. Maandag daalde het aandeel ook al flink. Verder verwerkten beleggers op Wall Street cijfers over de inflatie in de Verenigde Staten en worden de brexitperikelen in Groot-Brittannië gevolgd.
De Dow-Jonesindex noteerde kort na opening 0,1 procent lager op 25.623 punten. De brede S&P 500 steeg 0,2 procent op 2788 punten. Technologiebeurs Nasdaq won eveneens 0,2 procent, tot 7568 punten.
Boeing verloor 3,6 procent, na het verlies van meer dan 5 procent op maandag. Zondag stortte een toestel van Boeing in Ethiopië neer kort na het opstijgen. Het gaat om de tweede dodelijke crash in korte tijd. Een ongeluk met hetzelfde type toestel vond afgelopen oktober in Indonesië plaats.
Het concern gaat nu een software-update doorvoeren bij het vliegtuig. De Amerikaanse luchtvaartautoriteit FAA sprak zijn vertrouwen uit in de 737 MAX en verklaarde het toestel luchtwaardig. In steeds meer landen groeit het wantrouwen echter en moet het toestel aan de grond blijven, waaronder in Groot-Brittannië, China, Singapore en Australië.
De consumentenprijzen in de VS klommen in februari met 1,5 procent in vergelijking met een jaar eerder. In januari kwam de inflatie uit op 1,6 procent en economen hadden verwacht dat de inflatie stabiel zou blijven. Op maandbasis stegen de consumentenprijzen in de VS met 0,2 procent.