De Inspectie SZW heeft een boete uitgedeeld aan PostNL en een aantal van diens onderaannemers. De bedrijven hadden mensen aan het werk die niet over de juiste papieren beschikten. In totaal gaat het om een boetebedrag van 828.000 euro.
De overtredingen dateren uit 2019. Toen werd bekend dat PostNL 36 mensen had ingehuurd van drie andere bedrijven om vervoer van pakketten tussen depots uit te voeren. De chauffeurs hadden niet de Europese nationaliteit. Daarom moest hun werkgever voor hen een tewerkstellingsvergunning hebben. Die hadden ze niet. De boete daarvoor per werknemer is 8000 euro.
Volgens de Nederlandse wet wordt niet alleen het bedrijf dat deze werknemers in dienst heeft beboet, maar ook de bedrijven die een directe relatie hebben met deze bedrijven. Dan gaat het dus om onderaannemers en de opdrachtgever.
Het bedrijf dat het personeel aan het werk zette moet 288.000 euro betalen. De drie bedrijven die de werknemers hebben uitgeleend krijgen respectievelijk boetes van 68.000 euro, 128.000 euro en 56.000 euro. PostNL moet als eigenlijke opdrachtgever ook 288.000 euro betalen.
Een van de onderaannemers heeft ook nog een boete gekregen van 37.000 euro voor het overtreden van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag.
PostNL zegt in een verklaring dat de transportonderneming waar het om gaat niet meer werkt voor het post- en pakketbedrijf. Om herhaling te voorkomen zijn in overleg met de Inspectie SZW ook de controleprotocollen doorgelicht en aangescherpt.
De beboete bedrijven kunnen nog bezwaar aantekenen bij het ministerie van SZW. Ook kunnen ze nog in beroep gaan bij de bestuursrechter. PostNL buigt zich nog over deze eventuele vervolgstappen.