De financiële markten in Londen bleven maandag vrij onbewogen door de verkiezing van Liz Truss tot nieuwe premier van het Verenigd Koninkrijk. Het Britse pond schommelde rond het niveau van 1,15 dollar en de rente op tienjarige Britse staatsleningen bleef vrijwel stabiel. De FTSE-index van de honderd belangrijkste bedrijven aan de Londense beurs daalde 0,4 procent.
De Britse aandelenmarkt deed het daarmee wel beter dan de beurzen op het Europese vasteland, waar de stemming flink werd gedrukt door het nieuws dat Rusland de gastoevoer aan Duitsland langer dan gepland heeft stilgelegd. De zorgen dat de energievoorziening in Europa komende winter verder in het gedrang komt, namen daardoor toe en zorgden voor een verdere stijging van de gasprijzen.
Ook in het Verenigd Koninkrijk zijn de energieprijzen fors opgelopen. Buitenlandminister Truss, die Boris Johnson opvolgt als premier, wacht dan ook de moeilijke taak om Britse huishoudens te helpen met de hoge energierekeningen en de stijgende kosten van het levensonderhoud. De Britse krant Daily Mail meldde al dat Truss onder andere de energieprijzen wil bevriezen en werkt aan een steunpakket van 100 miljard pond, omgerekend 116 miljard euro.