Het Verenigd Koninkrijk dient maandag een aanvraag in om lid te worden van handelsblok CPTPP, heeft de Britse regering bekendgemaakt. "Een jaar na ons vertrek uit de EU smeden we nieuwe partnerschappen die enorme economische voordelen zullen opleveren voor de Britse bevolking", aldus premier Boris Johnson in een verklaring.
De regering zei dat toetreding tot het vrijhandelsakkoord, waarvan alle andere leden rond de Stille Oceaan liggen, de tarieven voor eten en drinken en auto's zal opheffen en tegelijkertijd de technologie- en dienstensector zou helpen stimuleren. De Britse minister van Handel Liz Truss spreekt maandag met zijn collega's in Japan en Nieuw-Zeeland over een formeel verzoek om lid te worden van de CPTPP, staat in de verklaring.
"Door ons aan te melden om het eerste nieuwe land te zijn dat zich bij de CPTPP aansluit, getuigt van onze ambitie om op de beste voorwaarden zaken te doen met onze vrienden en partners over de hele wereld en een enthousiaste voorvechter van wereldwijde vrijhandel te zijn", zei Johnson.
Het Comprehensive and Progressive Agreement for Trans-Pacific Partnership werd in 2018 gesloten. Het is ontstaan als doorontwikkeling van het TPP-verdrag waar ook de Verenigde Staten aan mee zouden doen. In 2017 besloot Donald Trump echter dat de VS deelname niet door zouden zetten.
Momenteel is het CPTPP-akkoord van kracht in Mexico, Japan, Singapore, Nieuw-Zeeland, Canada, Australië en Vietnam. Brunei, Chili, Maleisië en Peru moeten het verdrag nog ratificeren. Truss noemde de CPTPP-landen eerder "een van de meest dynamische vrijhandelsgebieden van de wereld".