De Europese Commissie wil boeren verder tegemoetkomen en klimaatregels voor de landbouw versoepelen. Een aantal voorschriften wordt vrijwillig, als het aan de commissie ligt. Boeren zouden niet langer hoeven te vrezen EU-subsidies te verliezen als ze niet aan klimaatvoorwaarden voldoen. EU-landen kunnen vaker en meer uitzonderingen maken en controles worden verminderd.
De Europese Unie probeert de landbouw, waarin ze nog altijd een groot deel van haar budget steekt, de laatste jaren in een klimaat- en milieuvriendelijker richting te sturen. Maar dat gaat boeren te hard. Onder druk van hun protesten en de naderende Europese verkiezingen zijn de afgelopen maanden al meerdere concessies gedaan. Zeker de centrumrechtse partijen die zijn verenigd in de EVP van commissievoorzitter Ursula von der Leyen nemen het voor de boeren op en nemen afstand van het ambitieuze klimaatbeleid wat de commissie tot dusver voerde.
Boeren hoeven niet langer gewassen af te wisselen, stelt de commissie voor. Ze kunnen in plaats daarvan ook verschillende gewassen telen. Ook zou de eis vervallen om een deel van hun landbouwgrond braak te laten liggen. Dat kunnen ze wel vrijwillig doen, om aanspraak te maken op aanvullende subsidies. Ook de zogeheten kalenderlandbouw zou minder dwingend worden. Als aardappels nog niet oogstrijp zijn, terwijl de boer eigenlijk al een nieuw gewas zou moeten planten om bijvoorbeeld stikstof op te nemen, dan kan hij zich gemakkelijker beroepen op overmacht.
De EU-landen en het Europees Parlement moeten nog instemmen met het gros van de voorstellen van de commissie. Tot voor kort benadrukte het dagelijks bestuur van de EU, ook klimaatcommissaris Wopke Hoekstra, juist dat de landbouw meer zou moeten bijdragen aan de strijd tegen klimaatverandering.