Claimorganisaties kunnen hun juridische strijd rond sjoemelsoftware in dieselwagens van Peugeot, Citroën en Opel voortzetten. De rechter in Amsterdam heeft namelijk meerdere claimclubs aangemerkt als representatieve belangenbehartiger waardoor de procedure een volgende fase in gaat. Car Claim-voorzitter Guido van Woerkom, die eerder onder meer directeur was van de ANWB, spreekt van een "essentiële stap voor de weg naar compensatie voor alle gedupeerde Nederlandse automobilisten."
In de volgende fase van de zaak zal de rechter de vorderingen volgens Van Woerkom echt inhoudelijk gaan behandelen. "In die fase zal de rechtbank mede vaststellen of sjoemelrijders een gebrekkig product geleverd hebben gekregen dat niet aan de wet voldoet en zij daarom recht hebben op compensatie."
Ook bij Stichting Emission Claim wordt positief op de beslissing van de rechter gereageerd. Bij de organisatie hebben zich al tienduizenden gedupeerden gemeld. "We verwachten dat het aantal deelnemers na vandaag nog verder zal oplopen", stelt voorzitter Martin James.
Het sjoemeldieselschandaal kwam in 2015 aan het licht bij het Duitse Volkswagen. Dat autoconcern erkende destijds op grote schaal emissietesten te hebben gemanipuleerd met speciale software. Daardoor leken de dieselwagens schoner dan ze in werkelijkheid waren. In Nederland hebben meerdere stichtingen sjoemeldieselzaken lopen tegen autofabrikanten. Door hun software zouden in totaal honderdduizenden Nederlandse automobilisten zijn gedupeerd.
Car Claim wist in 2021 al een Nederlandse rechter te overtuigen dat kopers van sjoemeldiesels van Volkswagen recht hebben op compensatie. Deze zou 3000 euro voor betrokken nieuw gekochte wagens en 1500 euro voor tweedehandsauto's moeten bedragen. Maar de fabrikant tekende beroep aan. Volgens Volkswagen hadden automobilisten namelijk helemaal geen financiële schade geleden door het feit dat hun auto's meer uitstoten dan gemeld.