Het aantal mensen dat in Nederland in de schuldsanering is terechtgekomen is vorig jaar fors gedaald. Het gaat om het laagste niveau sinds het begin van de metingen in 1998, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Volgens het statistiekbureau kunnen betere economische omstandigheden, tot aan de start van de coronacrisis, een effect hebben gehad op de dalende instroom.
Het CBS wijst ook op de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening die sinds 2012 geldt. Gemeenten zijn verplicht inwoners met schulden te helpen en mogen de hulpverlening zelf inrichten.
Vorig jaar werden 2300 mensen toegelaten tot de schuldsanering. Dat zijn er bijna 700 minder dan in 2020. Op 31 december 2021 zaten er 10.500 mensen in de schuldsanering en dat zijn er 3400 minder dan het jaar ervoor.
Een schuldsanering biedt mensen de mogelijkheid om schuldenvrij te worden wanneer ze problematische schulden hebben. Een besluit tot schuldsanering moet door een rechter worden uitgesproken.
Tijdens een sanering controleert een bewindvoerder meestal drie jaar lang de geldzaken van mensen met schulden. Die moeten volgens een strikt regime zoveel mogelijk van de schulden afbetalen en er mogen geen nieuwe schulden worden gemaakt. Als de schuldenaar zich aan de afspraken heeft gehouden, kan een rechter na drie jaar besluiten de schulden te laten vervallen.