De Chinese exportgroei is in april afgezwakt tot het laagste niveau in bijna twee jaar door de strenge coronalockdowns in Shanghai en andere delen van het land. Mede door de sluiting van fabrieken en problemen in de toeleveringsketen nam de groei van de uitvoer van Chinese goederen afgelopen maand af tot 3,9 procent ten opzichte van een jaar eerder. Dat is de zwakste groei sinds juni 2020.
De exportgroei viel wel sterker uit dan economen hadden verwacht. Die hadden gerekend op een toename met 2,7 procent. In maart steeg de uitvoer nog met 14,7 procent. De import bleef ongewijzigd ten opzichte van een jaar geleden, na een daling van 0,1 procent in maart. Economen hadden een daling van de invoer met 3 procent voorzien.
De Chinese overheid staat onder toenemende druk om de economische groei in het land aan te zwengelen, nu de corona-uitbraken en -beperkingen een groot deel van de economie lamleggen. Veel bedrijven hebben problemen met logistiek en transport. Ook hebben bedrijven moeite om de nodige grondstoffen en materialen geleverd te krijgen. De oorlog in Oekraïne draagt daar ook aan bij, maar de situatie in China is zelf ook een belangrijke oorzaak van de verstoringen die elders worden gevoeld.
De Chinese autoriteiten hebben beloofd meer stimuleringsmaatregelen te nemen om de economische groeidoelstelling van ongeveer 5,5 procent dit jaar te halen. Beijing houdt echter ook vast aan het strikte zerotolerancebeleid ten aanzien van het coronavirus. Deze twee doelstellingen zijn volgens veel economen niet met elkaar te rijmen.
De Chinese export naar Rusland nam in de eerste vier maanden van het jaar toe met 11,3 procent. De Chinese import van Russische goederen steeg in die periode met bijna 38 procent.