Chipbedrijven ASMI en Besi helpen AEX-index aan kleine winst

Grote chipbedrijven als ASMI en Besi hoorden maandag net als op de laatste dagen van de vorige handelsweek bij de winnaars op de afwachtende Amsterdamse aandelenbeurs met plussen van zo’n 2 procent. De sector kreeg nog wel te maken met slecht nieuws vanuit China voor het Amerikaanse chipbedrijf Micron Technology, dat forse beperkingen kreeg opgelegd.

De Chinese autoriteiten kwamen met een verbod om nog langer bepaalde producten te kopen van Micron. Volgens Beijing vormen de producten van Micron een gevaar voor de nationale veiligheid. Chipmachinemaker ASML, die al geen hoogwaardige apparatuur meer mag uitvoeren naar China, zag zijn branchegenoten in Amsterdam stijgen maar verloor zelf een fractie. Micron, dat ook een notering heeft in Frankfurt, zakte 2,2 procent.

De hoofdindex in Athene steeg 6 procent. De conservatieve partij van de zittende premier Kyriakos Mitsotakis behaalde zondag een ruime overwinning bij de Griekse parlementsverkiezingen, maar kreeg niet genoeg zetels voor een absolute meerderheid. Mitsotakis heeft nu negen dagen de tijd om een coalitieregering te vormen. Lukt dit niet, of wil hij dit niet, dan volgt een beslissende tweede stemronde.

Beleggers aan het Damrak deden het verder rustig aan in afwachting van de onderhandelingen over de verhoging van het schuldenplafond van de Amerikaanse overheid. Later op maandag wordt het moeizame overleg tussen president Joe Biden en de Republikeinse voorzitter van het Huis van Afgevaardigden Kevin McCarthy hervat. Zonder politiek akkoord zouden de Verenigde Staten rond 1 juni zonder geld komen te zitten.

De AEX-index op Beursplein 5 ging 0,1 procent hoger de handel uit op 767,61 punten. De MidKap zakte 0,2 procent tot 940,95 punten en de beurzen in Frankfurt en Parijs daalden tot 0,3 procent. Londen steeg 0,2 procent.

Adyen ging aan kop in de AEX-index met een plus van bijna 5 procent. Het betaalbedrijf zette daarmee het herstel van de afgelopen handelsdagen voort. IMCD steeg 2,4 procent. Analisten van de Britse bank Barclays haalden de chemicaliëndistributeur van hun verkooplijst af.

De euro was 1,0819 dollar waard, tegen 1,0818 dollar op vrijdag. De prijs van een vat Amerikaanse olie bleef onveranderd op 71,55 dollar. Brentolie werd 0,1 procent goedkoper op 75,54 dollar per vat.