De aandelenbeurs in Tokio heeft maandag de verliesreeks voortgezet. Vooral de chipbedrijven werden lager gezet na de koersverliezen in de Amerikaanse chipsector. Ook de olieproducenten moesten het ontgelden door een daling van de olieprijzen die volgde op de overeenkomst van oliekartel OPEC en bondgenoten om de productie te verhogen. De opmars van de Delta-variant van het coronavirus in aanloop naar de Olympische Spelen in Tokio, die vrijdag beginnen, zorgde eveneens voor terughoudendheid bij beleggers.
De hoofdindex in Tokio, de Nikkei 225, eindigde 1,3 procent in de min op 27.652,74 punten. Het was de vierde verliesbeurt op rij. De Japanse chipbedrijven Taiyo Yuden, Sumco, Tokyo Electron en Advantest stonden onderaan met verliezen tot 3,6 procent. Olieproducent Inpex zakte 1,5 procent en Japan Petroleum Exploration verloor 2,6 procent. De OPEC en bondgenoten als Rusland en Kazachstan kwamen zondag overeen de olieproductie vanaf augustus te verhogen, wat de olieprijzen onder druk zette.
Toyota verloor dik 1 procent. Volgens de Japanse krant Yomiuri zal de autofabrikant, een van de grote sponsors van de Olympische Spelen, geen tv-commercials uitzenden die aan de Spelen zijn gerelateerd vanwege de toenemende onvrede in het land over de voortzetting van het evenement. Ook zal topman Akio Toyoda van het concern naar verwachting de openingsceremonie niet bijwonen.
Ook elders in de Aziatische regio deden de belangrijkste aandelenmarkten een stap terug. De Hang Seng-index in Hongkong noteerde tussentijds 1,8 procent lager en de graadmeter in Shanghai verloor 0,5 procent. Het Chinese oliebedrijf CNOOC daalde 1,9 procent in Hongkong. De All Ordinaries in Sydney leverde 0,7 procent in. Het Australische olieconcern Santos raakte ruim 2 procent kwijt.