De chipbedrijven stonden dinsdag onder druk op de Aziatische aandelenbeurzen. Beleggers verwerkten het kwartaalbericht van Samsung, waarin het Zuid-Koreaanse chip- en techconcern bevestigde dat de winst in het afgelopen kwartaal met bijna 70 procent is gekelderd. De grootste fabrikant van geheugenchips ter wereld kampt met een zwakke vraag naar geheugenchips, smartphones en beeldschermen, omdat consumenten minder uitgeven aan elektronica door de hoge inflatie.
Samsung zakte in Seoul 3,5 procent en concurrent SK Hynix verloor 2,8 procent. De Zuid-Koreaanse Kospi daalde mede daardoor 0,9 procent. Daarnaast werd bekendgemaakt dat de industriële productie in Zuid-Korea in december met ruim 7 procent is gezakt. Dat was meer dan voorzien.
Ook in Japan verloren de chipbedrijven terrein. Chiptester Advantest en de fabrikant van chipapparatuur Tokyo Electron zakten 1,9 procent en 1,3 procent. De Nikkei in Tokio sloot 0,4 procent lager. In Japan nam de industriële productie in het vierde kwartaal met 3,1 procent af ten opzichte van het derde kwartaal. Dat was de grootste daling sinds de start van de coronapandemie. De winkelverkopen stegen daarentegen in december met 1,1 procent ondanks de hoge inflatie.
De beurs in Shanghai daalde 0,3 procent, ondanks een verrassende groei van de Chinese industrie in januari na vier maanden van krimp. De Hang Seng-index in Hongkong zakte verder weg na de forse verliesbeurt op maandag en verloor 1,6 procent. Grote techbedrijven als Alibaba en Tencent moesten het opnieuw ontgelden en zakten tot ruim 3 procent. De Chinese fabrikant van elektrische auto's BYD steeg daarentegen dik 1 procent dankzij een recordwinst in 2022. De All Ordinaries in Sydney daalde 0,1 procent.