De inflatie in Duitsland valt dit jaar veel hoger uit door de oorlog in Oekraïne, verwacht de Duitse denktank Ifo. Dat economisch instituut houdt nu rekening met een groei van de economie van tussen de 2,2 procent en 3,1 procent en een inflatie van tussen de 5,1 procent en 6,1 procent. Dat hoogste getal zou de hoogste jaarinflatie in Duitsland zijn sinds 1982.
Door de gestegen consumentenprijzen verdwijnt tot eind maart al 6 miljard euro aan koopkracht. De Duitse economie heeft echter een stevige buffer omdat de orderboeken van de industrie vol zitten. Ook het opheffen van allerlei coronabesmettingen helpt daarbij. Wel wordt de Duitse economische groei door de oorlog gedempt. Die veroorzaakt volgens Ifo-econoom Timo Wollmershäuser "duidelijk gestegen grondstofprijzen, leveringsproblemen en economische onzekerheid". Ook sancties tegen Rusland zorgen voor minder groei.
De denktank rekende twee scenario's uit. In het gunstigste daalde de olieprijs langzaam richting omgerekend 82 euro per vat tegen het einde van het jaar. In het zwaarste scenario gaat de olieprijs omhoog tot 140 euro per vat om dan tegen het einde van het jaar zo'n 122 euro per vat waard te zijn. De olieprijs wordt doorgaans in dollars gegeven. Een vat Brentolie kost momenteel net geen 118 dollar. Dat is omgerekend zo'n 107 euro.
In het Verenigd Koninkrijk kwam de inflatie in februari op 6,2 procent uit, meldde het Britse Office for National Statistics. Dat was een sterkere toename dan verwacht en het hoogste percentage in 30 jaar. De Bank of England gaf eerder aan bang te zijn voor een loon-prijsspiraal die de inflatie tot boven de 10 procent zou kunnen opdrijven. Daarbij gaan door de hoge inflatie lonen omhoog en proberen bedrijven die hogere loonkosten ook weer door te berekenen, waardoor de inflatie verder stijgt.