Hoewel de Europese Centrale Bank dit jaar de rente al met 2,5 procentpunt verhoogde tot een stand van 2 procent, is het nog lang niet gedaan met de renteverhogingen vanuit Frankfurt. Daarvoor waarschuwt president Klaas Knot van De Nederlandsche Bank in een interview in zakenkrant Financial Times. Volgens Knot is de ECB pas net voorbij halverwege met het verkrappen van zijn monetair beleid in de strijd tegen inflatie.
Onder krap monetair beleid valt het verhogen van de rente, om zo de economie wat af te remmen en ook de inflatie te beperken. Ook het verkopen van de staats- en bedrijfsobligaties die de centrale bank de afgelopen jaren opkocht geldt als verkrapping. Vanaf maart gaat de ECB afgeloste leningen niet meer helemaal opnieuw investeren.
De laatste jaren pompte de ECB juist veel geld in de economie door leningen op te kopen. Ook was de rente tot afgelopen zomer negatief, waarmee de centrale bank investeringen wilde aanmoedigen door lenen interessant en sparen onrendabel te maken. Maar aan dat ruime beleid kwam dit jaar dus een abrupt einde.
Knot ziet het bepalen van het moment waarop de rente hoog genoeg is als de grootste uitdaging voor de ECB komend jaar. Als enige beleidsbepaler van de ECB was Knot al aanwezig toen de centrale bank in 2011 voor het laatst een serie renteverhogingen doorvoerde.
Toen kreeg de bank kritiek omdat de eurozone kort na die verhogingen in een crisis viel. Maar waar er toen sprake was van een lage onderliggende inflatie, zonder de snel stijgende en dalende prijzen van energie en eten meegeteld, gaan de prijzen nu juist hard omhoog.
Knot is dan ook het meest bezorgd om lang hoog blijvende prijzen. Die zullen langer hoog blijven omdat de lonen sterk stijgen en bedrijven dat weer door willen berekenen met hogere prijzen voor hun producten. Maar Knot snapt het wel. "Waarom zouden werknemers genoegen nemen met een koopkrachtklap als de arbeidsmarkt zo krap is?"
Toch voorziet hij dat een recessie als gevolg van de renteverhogingen van de ECB kort en beperkt zal zijn. Cijfers uit Duitsland, de grootste economie van de eurozone, lijken volgens hem aan te geven dat "het ergste mogelijk al achter de rug is".