Winkelstraten waren het afgelopen weekend nog beduidend leger dan op 'normale' zaterdag- en zondagmiddagen. Niet-essentiële winkels mochten na een wekenlange sluiting wegens de vele coronabesmettingen weer tot 17.00 uur open. Desondanks bleef het aantal voorbijgangers volgens onderzoekers van Bureau RMC steken op ongeveer de helft van de aantallen op weekenddagen in 2019, het laatste jaar voor de coronapandemie.
Volgens Bureau RMC, dat het aantal voorbijgangers in winkelgebieden in tientallen steden bijhoudt, was er wel een duidelijk effect van de heropening. Op zaterdag waren er 49 procent meer mensen in de winkelstraten dan een jaar eerder, toen een strenge lockdown voor niet-essentiële winkels en mensen dus vooral voor de noodzakelijke boodschappen op pad waren. Zondag waren dat er 45 procent meer. In de voorgaande weekends was het juist veel rustiger dan een jaar eerder.
"Maar tegelijkertijd zie je dat het aantal passanten nog op ongeveer de helft zit van dezelfde dagen in 2019", zegt directeur Huib Lubbers van Bureau RMC. "Ik las mediaberichten dat het een 'normale gezellige zaterdagmiddag' was, maar die drukte zagen we niet terug in de cijfers."
Lubbers houdt er rekening mee dat het winkelgedrag van Nederlanders door twee jaar van coronamaatregelen blijvend is veranderd. Daardoor is het voor hem ook nog gissen wat voortaan als 'normale' zaterdagmiddag moet doorgaan in de winkelstraat. Zo zijn mensen nog meer online gaan shoppen. "Het is de grote vraag wat de drukteverdeling zal zijn als alles weer kan en mag."
Den Bosch stak er afgelopen zaterdag qua drukke winkelstraten bovenuit volgens Bureau RMC, dat de bewegingen in winkelgebieden meet met behulp van wifisignalen van telefoons. In de Brabantse hoofdstad gingen horecazaken die dag als protest open. Hier was een verdubbeling van het aantal voorbijgangers te zien ten opzichte van vorig jaar, een veel sterkere stijging dan het gemiddelde. In Utrecht, waar ook enkele cafés kort opengingen, steeg het aantal passanten met 88 procent.
"De functie van binnensteden is aan het veranderen en winkelen is niet meer het hoofddoel en dat werd de afgelopen week maar weer duidelijk bewezen", concluderen de onderzoekers.