De fabrikant van elektrische bussen Ebusco heeft de omzet afgelopen jaar bijna zien vervijfvoudigen tot 111,6 miljoen euro, ondanks een vertraging van de levering van bussen. Het nettoverlies liep wel op, van 26,8 miljoen euro in 2021, tot 32,2 miljoen euro. Ook heeft het bedrijf zijn doelstelling voor de winstgevendheid voor de middellange termijn teruggeschroefd. Dat is het gevolg van aanhoudende verstoringen in de toeleveringsketen en de hoge inflatie, maakte het concern woensdag bekend.
Het in Deurne gevestigde Ebusco verwacht nu een operationele winstmarge te behalen binnen de komende vijf jaar van 20 tot 25 procent. Eerder ging de onderneming uit van 35 procent. Ebusco bevestigt wel de doelstelling om jaarlijks meer dan 3000 'zero emissie' bussen te gaan produceren.
Volgens topman Peter Bijvelds is de orderportefeuille eind vorig jaar fors gegroeid, met 1474 bussen. Ter vergelijking, een jaar eerder was dit 325. Die toename komt vooral door een order voor maximaal 800 bussen van het Duitse ov-bedrijf Deutsche Bahn, "de grootste order ooit", aldus Bijvelds.
"Hoewel we trots kunnen zijn op de vele mijlpalen, worden we evengoed voortdurend geconfronteerd met aanhoudende geopolitieke onzekerheid en wereldwijde leveringsbeperkingen. De impact daarvan is merkbaar op het aantal geassembleerde, verscheepte en geleverde bussen", zegt de directeur in een toelichting op de resultaten.
Voor de nieuwe bus van Ebusco, de 3.0, heeft de beperkte beschikbaarheid van onderdelen geresulteerd in "inefficiëntie in de productie", doordat bussen uit de productielijn moesten worden gehaald. Voor andere bussen hadden de hoge transportprijzen een drukkend effect op de winstgevendheid en ook de opleving van corona in China pakte negatief uit.