De landen van de Europese Unie moeten in 2030 samen 11,7 procent minder energie verbruiken dan ze dachten te verbruiken in dat jaar. De vrijdag gemaakte principeafspraak tussen vertegenwoordigers van het Europees Parlement en de regeringen van de EU-landen is ambitieuzer dan het oude doel.
Het nieuwe besparingsdoel is nodig om de klimaatdoelstellingen van de EU te behalen, denken ze. Zo wil het landenblok de uitstoot van broeikasgassen in 2030 met 55 procent hebben verlaagd in vergelijking met 1990. Twintig jaar later wil de EU per saldo geen broeikasgassen meer uitstoten. Daarnaast helpt energiebesparing de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen uit het buitenland, zoals gas en olie uit Rusland, te verminderen. Sinds het Westen en Rusland weer recht tegenover elkaar staan is dat extra belangrijk geworden.
EU-landen moeten vanaf volgend jaar hun energieverbruik met gemiddeld 1,49 procent per jaar terugdringen. Tot dusver was dat 0,8 procent. Voor ieder land wordt een aandeel in de besparing berekend, maar dat is niet dwingend. Als ze het gezamenlijke besparingsdoel niet blijken te halen, kan de Europese Commissie wel bijsturen.
Het maximale verbruik van de 27 lidstaten mag in 2030 uitkomen op een hoeveelheid energie die gelijkstaat aan 763 miljoen ton olie. Als ook de energie wordt meegeteld die opgaat tijdens de productie van bijvoorbeeld elektriciteit, is de bovengrens het equivalent van 993 miljoen ton olie. Het akkoord is een compromis. Het Europees Parlement wilde de lat hoger leggen en per lidstaat een doelstelling voorschrijven.
Nederland hamert al langer op het belang van energiebesparing. Nederland is op dat vlak zelf een van de koplopers in de EU. Tegelijkertijd moet een hogere lat niet beletten dat lidstaten bijvoorbeeld werk maken van CO2-opslag en groene waterstof, wat aanvankelijk wat meer energie kan kosten maar op den duur juist loont, vond energieminister Rob Jetten. Daarom is er wat flexibiliteit ingebouwd en wordt er gekeken naar het eindresultaat.
De voorlopige overeenkomst over energiebesparing moet nog worden goedgekeurd door de EU-landen. Ook het Europees Parlement moet nog definitief instemmen met de afspraken. Dat gaat echter zelden nog mis.