Het wegzenden van plastic en ander afval vanuit de Europese Unie naar verre landen wordt moeilijker. Het Europees Parlement en de 27 EU-landen hebben overeenstemming bereikt om de regels voor dergelijke transporten aan te scherpen.
Er komen procedures en controles om te voorkomen dat het afval op andere plaatsen in de wereld problemen geeft voor gezondheid of het milieu. Op termijn mogen landen buiten de EU wel afval verwerken, maar alleen als ze kunnen aantonen dat ze het afval op een niet-schadelijke manier kunnen verwerken. Er zijn ook maatregelen voorzien om het hergebruik van afval in de EU te verbeteren. Verder mag er alleen onder strikte voorwaarden tussen de EU-landen met afval worden geschoven. In principe moet afval zoveel mogelijk ter plaatse worden verwerkt of hergebruikt.
De afgelopen jaren werd ongeveer de helft van het Europese afval geëxporteerd naar landen die geen deel uitmaken van de OESO, de club van de rijkste landen van de wereld. Het ging vaak om landen met minder milieu- en gezondheidsregels, waardoor het leek alsof Europa zich er makkelijk vanaf maakte. "De EU neemt eindelijk haar verantwoordelijkheid voor haar plastic afval", reageert de Deense Europarlementariër Pernille Weiss, die het dossier in het Europarlement begeleidde.
De bereikte overeenstemming tussen Europees Parlement en EU-landen is voorlopig en moet nog officieel bekrachtigd worden, maar dat is meestal een formaliteit.