Europese automakers waarschuwen voor weer een jaar met dalende verkopen. De autoproducenten vragen beleidsmakers ook om meer steun voor de industrie die worstelt met het herstel uit de coronacrisis.
Volgens de koepel van Europese autoproducenten ACEA zullen de verkopen dit jaar 1 procent lager uitvallen in vergelijking met een jaar eerder. Daarmee zullen in totaal 9,6 miljoen nieuwe personenauto's worden verkocht. Gelet op de laatste maanden is wel sprake van herstel, maar niet genoeg om tot groei te komen, aldus de koepelorganisatie. Afgezet tegen de periode van voor de coronacrisis liggen de verkopen circa een kwart lager.
De autosector kampte met een opeenstapeling van tegenslagen. Dan gaat het onder andere om de impact van de brexit, tekorten aan chips en de oorlog in Oekraïne en de daaruit voortvloeiende stijging van de energieprijzen. Al die problemen zorgen ervoor dat de sector maar niet terugkeert naar het niveau van voor corona, aldus ACEA-topman Oliver Zipse in een verklaring. Zipse is tevens de baas van het Duitse BMW.
Tot voor kort maakten de autofabrikanten zich zorgen over productiebeperkingen die het autoaanbod beperkten. Nu wegens de op hol geslagen inflatie en de vrees voor een recessie op de vraag. "Om een terugkeer naar groei te garanderen, met een nog groter aandeel van de verkoop van elektrische voertuigen zodat de klimaatdoelstellingen kunnen worden gehaald, moeten we dringend de juiste randvoorwaarden creëren", aldus Zipse.
De ACEA-topman wees onder andere naar de leveringszekerheid van kritieke grondstoffen zoals lithium en zeldzame aardmetalen. Daar zou wat hem betreft de EU een rol in moeten hebben. Ook wees Zipse op de versnelde uitrol van laadinfrastructuur voor elektrisch rijden die nodig is.