De Europese Commissie geeft Frankrijk toestemming om voor 2,9 miljard euro aan staatssteun te geven aan de productie van batterijen, zonnepanelen en andere energiebronnen. Die productie moet bijdragen aan het halen van de Europese klimaatdoelen.
De goedkeuring sluit ook aan bij de Europese wens om de energievoorziening minder afhankelijk te maken van Rusland en China. Om dezelfde redenen heeft de Europese Commissie bovendien toegestaan dat Duitsland 902 miljoen euro aan staatssubsidie steekt in een fabriek van de Zweedse firma Northvolt. De Zweedse fabrikant belooft met het geld in het Duitse Heide, in Sleeswijk-Holstein, een grote fabriek te bouwen voor batterijen voor elektrische auto's.
De toekenning van de subsidie was een doorslaggevende factor voor Northvolt om de fabriek in de Europese Unie te vestigen en niet in een land daarbuiten dat met subsidies komt, aldus de Europese Commissie. "We moeten pragmatisch zijn", zei Eurocommissaris voor competitie Margrethe Vestager daarover maandag.
Het verstrekken van staatssubsidies ligt traditioneel moeilijk binnen de EU. De EU-afspraken propageren een open markt en vrije concurrentie. Dat dit tijdelijk anders ligt, komt vanwege een speciale regeling voor "tijdelijke crisis- en overgangssituaties". Die regeling is sinds maart 2023 van kracht. Ook met die regeling mogen EU-landen niet op eigen houtje staatssubsidie steken in bedrijven of projecten, maar moeten ze toestemming vragen aan de Europese Commissie. Die toetst vervolgens of de subsidie past binnen de tijdelijke afspraken voor energie en duurzaamheid. Ook andere landen mogen nog tot 2025 de goedkeuring vragen voor tijdelijke staatssteun. Eerder werd dit al toegestaan voor projecten in onder meer België, Oostenrijk en Hongarije.