De Amerikaanse Federal Reserve geeft toe steken te hebben laten vallen bij het toezicht op Silicon Valley Bank (SVB). Die bank viel vorige maand om nadat een bankrun was ontstaan. De bank had al eerder niet genoeg geld beschikbaar om aan hogere opnames te kunnen voldoen door de keuze om veel geld lang vast te zetten. Dat kon door afgezwakte regels voor middelgrote banken, maar desondanks had ook de Amerikaanse centrale bank kansen laten liggen om eerder in te grijpen.
Hoewel het omvallen van SVB in eerste instantie aan fouten van de bestuurders van de bank zelf ligt, onderkenden toezichthouders de omvang van de problemen bij de bank uit Californië ook niet, zegt de Federal Reserve in een rapport over het eigen handelen. Dat leidde tot te traag ingrijpen omdat ze eerst meer bewijzen verzamelden. Maar ook werd er te laat ingegrepen als zwakheden wel waren geïdentificeerd. Toen SVB omviel had de bank 31 openstaande kwesties die te maken hadden met "veiligheid en gezondheid" van de banken. Dat was drie keer zoveel als bij vergelijkbare banken.
De Fed zou zijn toezicht kunnen verbeteren door snellere oplossingen te eisen als er problemen zijn. Bijvoorbeeld met de hoeveelheid kapitaal die een bank heeft, als een bank te weinig liquiditeit heeft of als er problemen zijn met het bestuur. Zo had SVB al maanden geen risicodirecteur. Als er hogere eisen waren voor liquiditeit en kapitaal was SVB ook niet zo snel in de problemen gekomen. Die eisen waren er na de bankencrisis in 2008 gekomen, maar voor middelgrote banken werden ze in de jaren erna weer afgezwakt. Maar de Federal Reserve kan ook nu al risico's voor liquiditeit strenger beoordelen. Dit gaat over hoe makkelijk een bank geld kan vrijmaken.
SVB was in de jaren voor het omvallen snel gegroeid. Maar het toezicht vanuit de centrale bank nam niet even snel toe. Het aantal toezichthouders daalde zelfs, terwijl de hoeveelheid geld in de bankensector in de periode tussen 2016 en 2022 met meer dan een derde toenam.