De Franse inflatie is in juni verder gestegen naar een recordstand volgens de Europese geharmoniseerde meetmethode. Geld werd in het land ten opzichte van een jaar geleden 6,5 procent minder waard. Dat was in mei nog 5,8 procent. De toename was bovendien groter dan waar economen op hadden gerekend.
De inflatie in Frankrijk werd vooral opgedreven door de hoge energieprijzen. In een jaar tijd werd energie een derde duurder. Dat is wel veel minder dan in andere Europese landen omdat Frankrijk veel stroom wint uit kernenergie, maar ook prijsstijgingen reguleert. Daarnaast heeft de Franse overheid een belastingkorting op brandstoffen ingevoerd.
Ook de gestegen voedselprijzen telden flink mee. Gemiddeld werd voedsel 5,7 procent duurder.
Het Franse statistiekbureau INSEE hanteert ook een eigen meetmethode voor de inflatie. Volgens die methode bedroeg de inflatie 5,8 procent, tegen 5,2 procent in mei. Ten opzichte van vorige maand werd het leven in Frankrijk 0,7 procent duurder.
Eerder deze week meldden ook Spanje en België al dat de inflatie in juni fors hoger uitpakte. In Duitsland daalde de inflatie juist, wat vooral aan ingrepen vanuit de overheid werd toegeschreven. Zo ging per 1 juni in Duitsland de accijns op brandstof omlaag.
Voor de eurozone verschijnen vrijdag cijfers. Dan komt ook het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) met een cijfer volgens de Europees geharmoniseerde meetmethode. Het statistiekbureau brengt volgende week het eigen inflatiecijfer naar buiten.