Nederland was vorig jaar voor het eerst sinds de ingebruikname van het enorme gasveld in Groningen in de jaren zestig een netto-importeur van aardgas. Dat betekent dat er meer gas wordt ingevoerd dan uitgevoerd.
Volgens gashandelaar GasTerra gaat Nederland door het besluit om de gaskraan in Groningen dicht te draaien steeds meer lijken op de andere Europees landen, die hun gas voornamelijk uit het buitenland halen. GasTerra is de exclusieve afnemer van het gas uit het Groningenveld. Ook verhandelt het bedrijf gas uit kleinere Nederlandse gasvelden en van importen uit Rusland en Noorwegen.
Alles bij elkaar leverde GasTerra vorig jaar 55,5 miljard kubieke meter gas, wat neerkomt op een daling van 1,1 miljard kubieke meter. De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) pompte 20,1 miljard kubieke meter aardgas uit het Groningenveld. Dat is 1,5 miljard kubieke meter minder dan door de minister van Economische Zaken en Klimaat was toegestaan.
Vorig jaar stond voor GasTerra in het teken van het kabinetsbesluit om de gaswinning in Groningen zo snel mogelijk te beëindigen, waardoor naar eigen zeggen ,,de onzekerheid over de toekomstige rol van het bedrijf is toegenomen".
Toch denkt topvrouw Annie Krist dat GasTerra voorlopig een belangrijke rol blijft spelen. ,,Aardgas is nog steeds hard nodig, ondanks stemmen in het klimaatdebat die de indruk wekken dat we in korte tijd zonder deze energiedrager kunnen." Ze wijst er ook op dat de inzet van gascentrales in Nederland komende jaren mogelijk zelfs zal toenemen om de elektriciteitsvoorziening veilig te stellen, nu het aandeel duurzaam in de energiemix groeit en kolencentrales zullen verdwijnen.
GasTerra heeft overigens in 2018 voor het eerst in jaren weer meer omzet gehaald, ondanks het terugschroeven van de gaswinning in Groningen. Er ging 11,2 miljard euro aan opbrengsten in de boeken, tegen 9,6 miljard euro een jaar eerder. Het bedrijf, dat deels in handen is van de Staat en voor de rest van olie- en gasconcerns Shell en Esso, schrijft de gestegen omzet vooral toe aan hogere marktprijzen.