Geen akkoord over nieuwe topman EU-noodfonds ESM

De ministers van Financiën van de negentien eurolanden zijn er niet in geslaagd overeenstemming te bereiken over een nieuwe directeur voor het permanente EU-noodfonds ESM, het Europees Stabiliteitsmechanisme. Tijdens de jaarvergadering van het ESM, waar de ministers het bestuur van vormen, zouden zij een opvolger voor huidig directeur Klaus Regling benoemen. Volgens EU-bronnen houdt Italië een besluit tegen door te weigeren zijn kandidaat terug te trekken.

Er zijn nog drie kandidaten over voor de topbaan, waar oud-staatssecretaris Menno Snel zich vorige maand voor terugtrok. Minister Sigrid Kaag (Financiën) noemde dat toen "de koninklijke weg". Van de drie overgebleven kandidaten zouden de oud-ministers van Financiën van Luxemburg, Pierre Gramegna, en Portugal, João Leão, de meeste kans maken bij een stemming. Kaag wil niet zeggen welke van de overgebleven kandidaten de voorkeur van de Nederlandse regering heeft.

Naar verluidt willen de Italianen iets terug hebben in ruil voor het terugtrekken van hun kandidaat, topambtenaar Marco Buti van de Europese Commissie. Volgens ingewijden aast Rome op het nog op te richten EU-agentschap tegen witwassen. Vanwege de patstelling heeft de voorzitter van de ESM-jaarvergadering de beoogde stemming afgeblazen, zeggen EU-bronnen, en de kwestie van de agenda geschrapt.

Regling vertrekt omdat zijn termijn in oktober afloopt. De Duitser was al eens herbenoemd en dat kan maar één keer.

Het ESM kan met gunstige leningen eurolanden in zwaar weer te hulp schieten, zoals het deed om Griekenland financieel overeind te houden. In de toekomst kan het fonds ook worden ingezet bij de herstructurering en afwikkeling van faillissementen van probleembanken. Minister Kaag vindt de opvolging van Regling dan ook "ontzettend belangrijk", zei ze na afloop van de ESM-vergadering in Luxemburg. Ook benadrukte ze het belang van ratificatie door alle lidstaten van het nieuwe ESM-verdrag dat nodig is, zodat het ESM zijn toekomstige nieuwe taken kan uitvoeren. Twee landen hebben dat nog niet gedaan: Duitsland ,dat nog wacht op een grondwettelijke toetsing, en uitgerekend Italië.