De beurzen in New York zijn dinsdag met behoorlijke winsten gesloten, waarbij de Dow-Jonesindex en S&P 500 nieuwe records bereikten. De aandacht ging uit naar de hoorzitting van de beoogde nieuwe voorzitter van de Federal Reserve, Jerome Powell, in de Senaat en de verdere ontwikkelingen rond de belastinghervormingen in de VS. De nieuwe raketproef door Noord-Korea zorgde kort voor enige schrik.
De Dow klom 1,1 procent tot 23.836,71 punten. De brede S&P 500 won 1 procent tot 2627,04 punten en de technologiebeurs Nasdaq steeg 0,5 procent tot 6912,36 punten.
Fed-bestuurder Powell is door president Donald Trump voorgedragen als nieuwe voorzitter van de Amerikaanse koepel van centrale banken. Hij moet in februari het stokje overnemen van Janet Yellen wiens termijn dan afloopt. Powell heeft al aangegeven dat zijn beleid zal voortborduren op dat van voorganger Yellen en dat er geen grote veranderingen zullen plaatsvinden onder zijn leiding.
De financiële fondsen stonden bij de winnaars op Wall Street. Zo gingen de grote Amerikaanse banken Goldman Sachs, Wells Fargo, Bank of America, JPMorgan Chase, Morgan Stanley en Citigroup tot 4 procent vooruit.
De stemming bij beleggers kreeg ook steun van een cijfer over het consumentenvertrouwen van marktonderzoeker Conference Board. Daaruit bleek dat het vertrouwen van Amerikanen in de economie naar het hoogste niveau in zeventien jaar is gestegen.
Verder ging de aandacht uit naar Emerson (plus 3,7 procent). De industrieel automatiseerder doet geen pogingen meer om branchegenoot Rockwell Automation (plus 3,2 procent) over te nemen. Rockwell wees drie keer een overnamebod van Emerson, dat zo'n 30 miljard dollar overhad voor de overname, af.
Keten van sportcafés Buffalo Wild Wings (plus 6,3 procent) wordt overgenomen door investeerder Roark Capital Group dat ook eigenaar is van onder meer fastfoodketen Arby's. Roark betaalt 2,9 miljard dollar voor Buffalo Wild Wings, inclusief schulden. De overname betekent dat het bedrijf achter de sportcafés van de beurs verdwijnt.
De euro was 1,1846 dollar waard, tegen 1,1878 dollar bij het Europese slot. De prijs van een vat Amerikaanse olie daalde 0,3 procent tot 57,95 dollar en Brentolie zakte 0,3 procent tot 63,62 dollar per vat.